ECLI:NL:CRVB:2025:1037
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering Wajong-uitkering op basis van arbeidsvermogen en basale werknemersvaardigheden
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 juli 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over de weigering van een Wajong-uitkering aan appellante. Appellante, geboren in 2000, had een aanvraag ingediend voor een Wajong-uitkering, maar het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) concludeerde na onderzoek dat zij over arbeidsvermogen beschikte. Het Uwv weigerde haar de uitkering op basis van de bevindingen van verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen, die stelden dat appellante in staat was om ten minste vier uur per dag te werken, mits onder de juiste condities. De rechtbank Noord-Nederland had het beroep van appellante tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard, wat appellante in hoger beroep aanvecht. De Raad oordeelt dat het Uwv terecht heeft geweigerd de Wajong-uitkering toe te kennen, omdat appellante over basale werknemersvaardigheden beschikt en in staat is om een taak in een arbeidsorganisatie te vervullen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat er geen aanleiding is om een onafhankelijk deskundige te benoemen, aangezien de onderzoeken door het Uwv zorgvuldig zijn uitgevoerd en er geen nieuwe medische informatie is ingediend die de eerdere conclusies zou kunnen ondermijnen.