Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
.De vraag in hoeverre de pijnaangifte te maken heeft met de plaat, is dan ook niet relevant.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak staat de weigering van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) om betrokkene per 20 juli 2021 een WIA-uitkering toe te kennen centraal. Het Uwv heeft geoordeeld dat betrokkene op die datum medisch in staat was om zijn eigen werk te verrichten, ondanks zijn klachten na een ongeval. De rechtbank Noord-Holland heeft in een eerdere uitspraak geoordeeld dat het medisch onderzoek door het Uwv niet zorgvuldig was en heeft het bestreden besluit vernietigd. Het Uwv heeft hiertegen hoger beroep ingesteld. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld en is tot de conclusie gekomen dat het hoger beroep slaagt. De Raad oordeelt dat het medisch onderzoek door het Uwv wel degelijk zorgvuldig is uitgevoerd. De artsen van het Uwv hebben informatie ingewonnen bij de behandelend chirurg en een orthopedisch chirurg, en hebben de klachten van betrokkene in hun beoordeling meegenomen. De Raad ziet geen reden om te twijfelen aan de conclusie dat betrokkene op de datum in geding medisch in staat was zijn eigen werk te verrichten. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd en het beroep tegen het bestreden besluit wordt ongegrond verklaard, waardoor de weigering van het Uwv om een WIA-uitkering toe te kennen in stand blijft.