mw. mr. M.E. Fortuin

Centrale Raad van Beroep oordeelt over herziening Wajong-uitkering en boete. Uwv heeft motiveringsgebrek hersteld. Boete verlaagd naar € 680,40.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van het verzoek om herziening van de WIA-uitkering van appellante, omdat geen nieuwe feiten zijn aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van WW- en ZW-uitkering en toeslagen wegens schending van inlichtingenplicht door appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de Wajong-uitkering aan appellant, omdat hij op zijn achttiende verjaardag en in de vijf jaren daarna over arbeidsvermogen beschikte.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat Uwv onzorgvuldig heeft gehandeld bij voortzetten ZW-uitkering en draagt Uwv op om nieuwe beoordeling van arbeidsongeschiktheid uit te voeren.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het WIA-dagloon op € 36,51, geen rekening gehouden met inkomen vóór onbetaald verlof. Hoger beroep slaagt niet.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het dagloon voor IVA-uitkering op € 70,50 en wijst het beroep van appellante af.

Appellant verliest hoger beroep over WIA-dagloon van € 180,29, geen rekening gehouden met overuren door coronamaatregelen. Raad bevestigt uitspraak rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het dagloon van een WIA-uitkering op € 136,31, ondanks de claims van appellante over bijzondere omstandigheden door de toeslagenaffaire.

Centrale Raad van Beroep vernietigt herziening en terugvordering WIA-uitkering na vaststelling dat appellant geen financieel voordeel heeft genoten uit hennepkwekerij.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onvoldoende heeft gemotiveerd dat de geselecteerde functies geschikt zijn voor appellant, die een arbeidsongeschiktheid van 53,06% heeft. Het Uwv moet het motiveringsgebrek herstellen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het WIA-dagloon op € 225,95, geen ongerechtvaardigd verschil in behandeling vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de ex-werknemer van appellante niet duurzaam arbeidsongeschikt is, waardoor de WGA-uitkering per 5 februari 2022 in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv terecht voorschot WIA-uitkering terugvorderde. Terugvordering verlaagd naar € 2.954,15 bruto. Appellante had inkomsten uit arbeid en had kunnen weten dat voorschotten te hoog waren.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering appellante per 29 oktober 2021, oordeelt dat Uwv terecht concludeerde dat appellante in staat was geselecteerde functies te vervullen.

Appellant verliest hoger beroep tegen afwijzing WAO-uitkering; onvoldoende bewijs van arbeidsongeschiktheid in verzekerde periode.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellant, oordeelt dat Uwv terecht geen uitkering heeft toegekend op basis van arbeidsongeschiktheid onder 35%.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant, oordelend dat hij medisch en arbeidskundig in staat is om meer dan 65% van zijn laatst verdiende loon te verdienen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellant wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Medische herbeoordeling door Uwv leidde tot wijziging van beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering per 22 januari 2024; appellante is minder dan 35% arbeidsongeschikt. Hoger beroep slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering en beëindiging van de ZW-uitkering van appellante, oordelend dat het Uwv terecht concludeerde dat er geen toegenomen beperkingen waren.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering; appellant minder dan 35% arbeidsongeschikt, medische beoordeling door Uwv voldoende zorgvuldig.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat Uwv gebrekkige medische beoordeling niet heeft hersteld en kent werkneemster IVA-uitkering toe met terugwerkende kracht vanaf 14 februari 2016.

Centrale Raad van Beroep verklaart verzoek om wraking niet-ontvankelijk wegens te late indiening, drie weken na de zitting.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbreken van procesbelang in WIA-uitkering geschil.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het dagloon van de IVA-uitkering op € 78,28 en verklaart het beroep van de appellant ongegrond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering en kent schadevergoeding toe wegens overschrijding redelijke termijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellant per 7 september 2023, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De Raad oordeelt dat het Uwv voldoende gemotiveerd heeft dat de functies geschikt zijn voor appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante per 10 augustus 2022, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om terug te komen van het besluit van 4 februari 2013 inzake WIA-uitkering. Geen nieuwe feiten of omstandigheden aangetoond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een ZW-uitkering toe te kennen, omdat hij per 6 september 2021 geschikt wordt geacht voor zijn eigen werk.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellante een WIA-uitkering toe te kennen, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Het hoger beroep wordt afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante, maar vernietigt de uitspraak van de rechtbank voor wat betreft de proceskostenveroordeling.

Hoger beroep over de WGA-uitkering van appellant, waarbij de Raad oordeelt dat het Uwv de arbeidsongeschiktheid van 52,63% terecht heeft vastgesteld. Schadevergoeding voor overschrijding van de redelijke termijn is toegewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de vaststelling van het dagloon en de hoogte van de toeslag van de ZW-uitkering van appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellant per 20 november 2022, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv terecht weigerde een WIA-uitkering toe te kennen aan betrokkene, omdat hij medisch in staat was zijn eigen werk te verrichten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WAO-uitkering aan appellante wegens gebrek aan toegenomen beperkingen binnen vijf jaar na beëindiging uitkering.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid, ondanks betwisting van haar beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Medische beoordeling door deskundigen overtuigend.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De medische beoordeling door het Uwv wordt als overtuigend beschouwd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering van appellant per 1 juni 2023, oordelend dat geen sprake is van ziekte of gebrek.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van compensatie transitievergoeding voor stichting; stichtingen zijn uitgesloten van compensatie volgens artikel 4 van het Besluit.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag compensatie transitievergoeding wegens te late indiening. Geen bijzondere omstandigheden die termijnoverschrijding rechtvaardigen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv de WIA-uitkering van appellante per 15 juni 2008, 15 september 2009 en 23 september 2013 juist heeft vastgesteld. Schadevergoeding van € 1.500,- voor overschrijding van de redelijke termijn is toegewezen.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbreken procesbelang in WIA-zaak.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing schadevergoeding door Uwv; voorbereidingshandelingen niet onrechtmatig.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant, oordelend dat het Uwv terecht heeft besloten dat appellant meer dan 65% kan verdienen van zijn laatst verdiende loon.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant per 4 december 2022, oordelend dat hij geschikt was voor zijn laatste werk.