ECLI:NL:CRVB:2025:1876
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant in het kader van de WIA
In deze zaak gaat het om de beoordeling van de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant, die een WIA-uitkering heeft aangevraagd na een ziekmelding als gevolg van een geweldsincident op zijn werk. De Centrale Raad van Beroep heeft op 18 december 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De Raad heeft vastgesteld dat het Uwv de WIA-uitkering van appellant per 8 mei 2023 terecht heeft vastgesteld op 48,23%. De Raad concludeert dat appellant niet volledig arbeidsongeschikt is en dus niet voldoet aan de voorwaarden voor een IVA-uitkering. De rechtbank heeft in haar uitspraak geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig is verricht en dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep de medische belastbaarheid van appellant overtuigend heeft gemotiveerd. Appellant heeft in hoger beroep geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die de eerdere beslissing zouden kunnen veranderen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.