ECLI:NL:CRVB:2025:642
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift niet-ontvankelijk door termijnoverschrijding en afwijzing bijstandsaanvraag met terugwerkende kracht
In deze zaak gaat het om de vraag of de overschrijding van de termijn voor het indienen van bezwaar tegen twee besluiten verschoonbaar is en of het college met een derde besluit wegens bijzondere omstandigheden bijstand met terugwerkende kracht had moeten verlenen. Appellant voert aan dat zijn medische situatie aanleiding vormt voor de conclusie dat hij zijn bezwaarschrift verschoonbaar buiten de bezwaartermijn heeft ingediend en dat in die medische situatie bijzondere omstandigheden zijn gelegen om bijstand met terugwerkende kracht toe te kennen. De Raad is van oordeel dat dit niet het geval is.
Namens appellant heeft mr. J.L.A.M. van Os, advocaat, hoger beroep ingesteld. Het college heeft een verweerschrift ingediend. De Raad heeft partijen bericht dat het dossier voldoende informatie bevat om tot een uitspraak te komen en dat een zitting daarom niet nodig is. Beide partijen hebben niet binnen de hen gegeven termijn gereageerd, waarna de Raad het onderzoek heeft gesloten.
De rechtbank heeft het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard en het bestreden besluit in stand gelaten. De rechtbank oordeelt dat het college aannemelijk heeft gemaakt dat de besluiten in het postbakje van appellant zijn gedeponeerd en dat van een verschoonbare termijnoverschrijding geen sprake is. Appellant heeft niet met stukken onderbouwd dat hij gedurende de bezwaartermijn niet in staat was om zijn post open te maken en zijn belangen te behartigen. De Raad bevestigt het oordeel van de rechtbank en concludeert dat het hoger beroep niet slaagt.