ECLI:NL:CRVB:2025:655
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van arbeidsvermogen van appellant in het kader van de Wajong-uitkering
In deze zaak gaat het om de beoordeling van het arbeidsvermogen van appellant, die een Wajong-uitkering ontvangt. De Centrale Raad van Beroep heeft op 23 april 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Gelderland. Appellant had in 2019 verzocht om een herbeoordeling van zijn arbeidsvermogen, omdat hij meende dat hij over basale werknemersvaardigheden beschikte. Het Uwv had echter geconcludeerd dat appellant op 4 april 2019 niet duurzaam over deze vaardigheden beschikte, wat werd ondersteund door rapporten van deskundigen. Appellant heeft niet meegewerkt aan een aanvullend psychiatrisch onderzoek, waardoor zijn persoonlijkheidsstoornis niet verder kon worden gespecificeerd. De Raad heeft de deskundige, M. Roos-Vervoort, ingeschakeld, die concludeerde dat er voldoende aanwijzingen zijn voor een persoonlijkheidsstoornis, maar dat appellant niet voldoet aan de vereisten voor duurzame basale werknemersvaardigheden. De Raad heeft het standpunt van het Uwv gevolgd en het hoger beroep van appellant afgewezen, waardoor de eerdere beslissing in stand blijft. Appellant krijgt geen vergoeding voor proceskosten of griffierecht.