ECLI:NL:GHAMS:2005:AS4072
Gerechtshof Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afzonderlijk verhuurde kantoorunits in een bedrijfsverzamelgebouw zijn geen zelfstandig te belasten object voor het rioolrecht
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 27 januari 2005 uitspraak gedaan in een geschil tussen X B.V. en de gemeente Amsterdam over de opgelegde aanslagen voor het rioolrecht. De belanghebbende, X B.V., had beroep ingesteld tegen drie aanslagen van elk € 105,38, opgelegd door de gemeente voor de aansluiting op het rioolstelsel vanuit de adressen a-plein 101, 202, en 303 te Amsterdam. De gemeente had het bezwaar van de belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard en de aanslagen gehandhaafd.
De Verordening rioolrecht 2001 van de gemeente Amsterdam definieert onder andere wat onder een 'object' wordt verstaan. Het Hof heeft vastgesteld dat de kantoorunits in het gebouw geen zelfstandige objecten zijn, omdat de gebruikers van deze units afhankelijk zijn van gemeenschappelijke toiletvoorzieningen die zich buiten de units bevinden. Het Hof oordeelde dat de aanwezigheid van sanitaire voorzieningen essentieel is voor het gebruik van kantoorruimte, en dat de kantoorunits in dit geval onvoldoende zelfstandigheid bezitten om als afzonderlijke onroerende zaken te worden aangemerkt.
Het Hof verklaarde het beroep van X B.V. gegrond, vernietigde de uitspraken van de gemeente en de drie opgelegde aanslagen. Tevens werd de gemeente veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende tot een bedrag van € 322 en moest de gemeente het griffierecht van € 273 aan de belanghebbende vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een mogelijkheid tot cassatie bij de Hoge Raad binnen zes weken na de verzenddatum.