ECLI:NL:GHAMS:2009:BI1803
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J.P.F. Slijpen
- W.M.G. Visser
- J.P. Kruimel
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep van de heffingsambtenaar inzake onroerende-zaakbelasting
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 3 april 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Alkmaar. De rechtbank had het beroep van belanghebbende gegrond verklaard en de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar vernietigd, maar de rechtsgevolgen van deze vernietiging in stand gelaten. Dit betekende dat de door belanghebbende bestreden aanslag onroerende-zaakbelasting gehandhaafd bleef. De heffingsambtenaar van de gemeente Castricum ging in hoger beroep tegen deze uitspraak, maar het Hof verklaarde het hoger beroep niet-ontvankelijk. Het Hof oordeelde dat de heffingsambtenaar geen (geldelijk) belang had bij het hoger beroep, aangezien de uitspraak van de rechtbank hem niet in een gunstiger positie kon brengen dan waarin hij zich al bevond. Het Hof bepaalde tevens dat er griffierecht van € 428 verschuldigd was aan de gemeente Castricum. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden. De uitspraak werd gedaan door de eerste meervoudige belastingkamer, en de mondelinge uitspraak werd in het openbaar uitgesproken, met een proces-verbaal dat door de voorzitter en de griffier is ondertekend.