ECLI:NL:GHAMS:2012:1376

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
17 april 2012
Publicatiedatum
30 april 2013
Zaaknummer
200.103.118 en 200.103.794
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep van Metdezon B.V. tegen Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier inzake procesgang en rolbeslissingen

In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Metdezon B.V. tegen het publiekrechtelijk lichaam Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. De procedure begon met een dagvaarding op 23 februari 2012, waarin Metdezon in hoger beroep ging tegen een vonnis van de rechtbank Haarlem van 1 februari 2012. Hoogheemraadschap had een anticipatie-exploot uitgebracht op 27 februari 2012, waarin een eerdere roldatum werd aangekondigd. Op de roldatum van 6 maart 2012 verscheen Metdezon echter niet, wat leidde tot verdere complicaties in de procesgang. De zaak werd ingeschreven onder zaaknummer 200.103.118/01.

Vervolgens diende Metdezon op 9 maart 2012 een herstelexploot in, maar dit leidde tot verwarring over de inschrijving van de zaak. Het hof oordeelde dat, ondanks de verwarring, Metdezon voldoende duidelijk had gemaakt dat zij wenste te verschijnen in de zaak. Het hof besloot dat Metdezon op 20 maart 2012 alsnog was verschenen in de zaak met zaaknummer 200.103.118/01.

De beslissing van het hof was om de rolbeslissing in de zaak met zaaknummer 200.103.794/01 te handhaven, het verzoek tot ontslag van instantie in de zaak met zaaknummer 200.103.118/01 te weigeren, en de zaak door te verwijzen naar de rol van 22 mei 2012 voor memorie van grieven aan de zijde van Metdezon. Het hof hield verdere beslissingen aan.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM
ELFDE MEERVOUDIGE BURGERLIJKE KAMER
ARREST
in de zaak van:
de besloten vennootschap
METDEZON B.V.,
gevestigd te De Rijp, gemeente Graft-De Rijp,
APPELLANTE,
advocaat:
mr. A. Glijnis, te Alkmaar,
t e g e n
het publiekrechtelijk lichaam
HOOGHEEMRAADSCHAP HOLLANDS NOORDERKWARTIER,
gevestigd te Heerhogowaard,
GEÏNTIMEERDE,
advocaat:
mr. P. Leegwater, te Amsterdam.

1.Procesgang

1. Bij dagvaarding van 23 februari 2012 is Metdezon in hoger beroep gekomen van een vonnis van de rechtbank Haarlem van 1 februari 2012 met oproeping van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (verder: Hoogheemraadschap) tegen de roldatum van 5 juni 2012.
2 Bij anticipatie-exploot van 27 februari 2012 heeft Hoogheemraadschap aan Metdezon een vroegere roldatum aangezegd te weten 6 maart 2012. Het exploot is uitgebracht aan het kantooradres van mr. Glijnis, alwaar Metdezon in haar appeldagvaarding woonplaats had gekozen. Hoogheemraadschap heeft de zaak op die roldatum bij het hof aangebracht. Voor Metdezon is op die datum niemand verschenen.
3. De zaak is ingeschreven onder zaaknummer 200.103.118/01. De zaak is daarna op de rol van 20 maart voor procesvertegenwoordiger stellen en daarna op de rol van 3 april 2012 geplaatst voor uitlating Hoogheemraadschap omtrent voortprocederen.
Bij akte van 3 april 2012 heeft Hoogheemraadschap verzocht om van de instantie te worden ontslagen met veroordeling van Metdezon in de proceskosten.
4. Bij exploot van 9 maart 2012 heeft Metdezon aan Hoogheemraadschap aangezegd dat zij verzuimd heeft de dagvaarding van 23 februari 2012 tijdig ter griffie in te dienen en is Hoogheemraadschap opgeroepen tegen de roldatum van 20 maart 2012. Metdezon heeft de zaak op die datum aangebracht. Op die roldatum is Hoogheemraadschap niet verschenen. De zaak is ingeschreven onder zaaknummer 200.103.794/01.
5. Bij faxbrief van 23 maart 2012 heeft mr. Leegwater erop gewezen dat de appelprocedure tussen partijen ten onrechte tweemaal ingeschreven is en verzocht de zaak met zaaknummer 200.103.794/01 door te halen. Op 27 maart 2012 is aan dat verzoek voldaan.
6. Mr. Glijnis heeft zich hiertegen, kort gezegd, bij faxbericht van 28 maart 2012 verzet en verzocht – zonodig – van de beslissing tot doorhaling terug te komen. Mr. Leegwater heeft in zijn reeds genoemde akte van 3 april 2012 betoogd dat van de beslissing tot doorhaling niet teruggekomen moet worden.

2.Beoordeling

1. Het hof zal niet terugkomen van de beslissing tot doorhaling omdat Metdezon daarbij geen belang heeft zoals uit het onderstaande volgt.
2. Hoewel door het uitbrengen van een herstelexploot van 9 maart 2012 - welk exploot blijkens de tekst daarvan enkel is bedoeld om een fout van een niet-tijdige inschrijving van het exploot van appeldagvaarding te herstellen, welke fout echter niet was gemaakt omdat de aangezegde dag nog niet was verstreken - en het inschrijven van dat exploot op de rol van 20 maart 2012 verwarring is ontstaan, had het Hoogheemraadschap voldoende duidelijk moeten zijn dat Metdezon wenste te verschijnen in het met de appeldagvaarding van 23 februari 2012 ingestelde appel tegen het vonnis van de rechtbank van 1 februari 2012.
3. Dat Metdezon er voor heeft gekozen in dat geding te verschijnen door indiening van een als herstelexploot ingekleed exploot in plaats van eenvoudig advocaat te stellen in het door anticipatie door Hoogheemraadschap aanhangig gemaakte geding, doet er niet aan af dat, mede gezien het verstrekkende gevolg dat aan ontslag van instantie voor Metdezon verbonden is, Metdezon moet worden beschouwd als alsnog te zijn verschenen in de zaak met zaaknummer 200.103.118/01 en wel op 20 maart 2012.
4. Het voorgaande leidt tot de volgende beslissing.

3.Beslissing:

Het hof:
- handhaaft de rolbeslissing in de zaak met zaaknummer 200.103.794/01;
- weigert het verzoek tot ontslag van instantie in de zaak met zaaknummer 200.103.118/01;
- verwijst de zaak met zaaknummer 200.103.118/01 naar de rol van 22 mei 2012 voor memorie van grieven aan de zijde van Metdezon;
- houdt elke verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. W.J.J. Los, W.J. Noordhuizen en G.C.C. Lewin en in het openbaar door de rolraadsheer uitgesproken op 17 april 2012.