beslissing
________________________________________________________________________
afdeling civiel en belastingrecht
zaaknummer: 200.114.279/01 NOT
zaaknummer kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Arnhem:
07.831/2012/8
bij vervroeging
beslissing van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van 29 januari 2013
[klager],
wonende te [plaatsnaam],
APPELLANT,
[notaris],
notaris te [plaatsnaam],
GEÏNTIMEERDE.
1. Het geding in hoger beroep
1.1. Van de zijde van appellant, verder klager, is bij een op 25 september 2012 ter griffie van het hof ingekomen verzoekschrift hoger beroep ingesteld tegen de aan deze beslissing gehechte beslissing van de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Arnhem, verder de kamer, van 23 augustus 2012, waarbij de kamer de klacht van klager tegen geïntimeerde, verder de notaris, ongegrond heeft verklaard.
1.2. De kwestie van de ontvankelijkheid van klager in zijn hoger beroep is behandeld ter openbare terechtzitting van het hof van 3 januari 2013. Klager is verschenen en heeft het woord gevoerd. De notaris is niet verschenen.
2. De beoordeling
2.1. Het hof neemt bij zijn beoordeling van de ontvankelijkheid van het door klager ingestelde hoger beroep de volgende feiten en omstandigheden in aanmerking.
2.2. Ingevolge het bepaalde in artikel 107 lid 1 Wet op het notarisambt, verder Wna, kan binnen dertig dagen na de dag van verzending van de aangetekende brief waarin van de beslissing van de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen wordt kennisgegeven, hoger beroep tegen deze beslissing worden ingesteld bij dit hof.
2.3. De hiervoor onder 2.2. bedoelde aangetekende brief is in onderhavige zaak door de kamer aan klager verzonden op 23 augustus 2012. Dit brengt met zich dat de door de Wna gestelde termijn van dertig dagen in beginsel is geëindigd op zaterdag 22 september 2012. Nu deze termijn echter op grond van artikel 1 Algemene termijnenwet wordt verlengd tot de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemene feestdag is, is de termijn geëindigd op maandag 24 september 2012. Het beroepschrift van klager is op 25 augustus 2012 ter griffie van het hof ingekomen. Dat is een dag na het verstrijken van de beroepstermijn en mitsdien te laat.
2.4. Klager heeft het hof verzocht hem in zijn te laat ingestelde hoger beroep toch ontvankelijk te verklaren met een beroep op buitengewone omstandigheden. Klager heeft hiertoe het volgende aangevoerd:
. na afloop van de mondelinge behandeling ter terechtzitting in eerste aanleg, heeft de secretaris van de kamer gezegd dat uiterlijk op 17 augustus 2012 uitspraak zou worden gedaan;
. op 16 augustus 2012 heeft de secretaris van de kamer telefonisch contact opgenomen met klager en hem verteld dat niet op 17 augustus 2012 uitspraak zou worden gedaan, maar ten minste drie weken later;
. klager heeft in voormeld telefoongesprek met de secretaris duidelijk gemaakt dat hij op korte termijn met vakantie zou gaan en waarschijnlijk pas na 20 september weer thuis zou zijn;
. klager is op donderdag 20 september 2012 teruggekeerd van zijn vakantie en heeft op vrijdag 21 september 2012 zijn post doorgenomen. Hierbij trof hij tot zijn verbazing de beslissing van de kamer van 23 augustus 2012 aan;
. op vrijdagmiddag21 september 2012 heeft klager telefonisch getracht iemand van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van het gerechtshof Amsterdam te bereiken, hetgeen niet lukte;
. op vrijdag 21 september 2012 om 16.58 uur heeft klager een e-mailbericht gestuurd aan Voorlichting Rechtbank Amsterdam, waarin hij de lezer heeft verzocht hem terug te bellen in verband met (het verlenen van uitstel voor het) indienen van zijn hoger beroep tegen de beslissing van de kamer van 23 augustus 2012. Hierop heeft hij geen reactie gekregen;
. op maandagochtend 24 september 2012 heeft klager (wederom) telefonisch contact opgenomen met de (secretaris van de) notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer. Hem is toen geadviseerd zo spoedig mogelijk een pro forma beroepschrift in te dienen ter attentie van de secretaris van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer;
. omdat klager niet in de gelegenheid was een faxbericht te sturen, heeft hij zijn pro forma beroepschrift diezelfde dag (24 september 2012) per post verzonden. Het pro forma beroepschrift is daags daarna (25 september 2012) ter griffie van het hof ingekomen, hetgeen dus buiten de beroepstermijn was;
. klager acht zich op het verkeerde been gezet door de secretaris van de kamer doordat zij hem heeft gezegd dat de beslissing van de kamer eerst drie weken later zou worden uitgesproken. Hij verkeerde derhalve (met recht) in de veronderstelling dat hij na terugkeer van zijn vakantie nog ruimschoots de tijd zou hebben hoger beroep tegen de betreffende beslissing in te stellen. Dat hij die tijd niet bleek te hebben, zou klager niet mogen worden aangerekend.
2.5. De secretaris van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer heeft op 25 september 2012 telefonisch informatie ingewonnen bij de secretaris van de kamer, die heeft bevestigd dat aan klager is gezegd dat de beslissing van de kamer drie weken later dan oorspronkelijk gemeld, zou worden uitgesproken.
2.6. Het hof is van oordeel dat de hiervoor geschetste feiten en omstandigheden, tezamen genomen, maken dat de overschrijding van de beroepstermijn door klager met een dag verschoonbaar is. Het beroepschrift wordt door het hof derhalve als tijdig ingediend aangemerkt.
2.7. Het hiervoor overwogene leidt tot de volgende beslissing.
3. De beslissing
- verklaart klager ontvankelijk in zijn hoger beroep;
- heropent de behandeling van de zaak;
- bepaalt dat het onderzoek zal worden hervat tegen een nader te bepalen datum en tijdstip;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beslissing is gegeven door mrs. J.C.W. Rang, C.P. Boodt en J.W. van Zaane en in het openbaar uitgesproken op dinsdag 29 januari 2013 door de rolraadsheer.
KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-
NOTARISSEN TE ARNHEM
Beslissing van de Kamer van Toezicht te Arnhem op de klacht van
[…],
wonende te […],
hierna ook te noemen: klager,