ECLI:NL:GHAMS:2013:2287

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
11 juli 2013
Publicatiedatum
29 juli 2013
Zaaknummer
11/00175
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Indeling van erotische massageoliën en badpreparaten in de gecombineerde nomenclatuur

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 11 juli 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep over de indeling van verschillende producten, waaronder erotische massageoliën en badpreparaten, in de gecombineerde nomenclatuur (GN). De belanghebbende, aangeduid als [A], had bezwaar gemaakt tegen de bindende tariefinlichtingen (bti's) die door de inspecteur van de Belastingdienst/Douane waren afgegeven. De inspecteur had de producten ingedeeld onder post 3307 90 00 en 3307 30 00 van de GN, terwijl de belanghebbende stelde dat deze onder post 3304 99 00 moesten worden ingedeeld.

De rechtbank had eerder de beroepen van de belanghebbende ongegrond verklaard, waarna het hoger beroep werd ingesteld. Het Hof heeft de feiten en de procedure in detail bekeken, inclusief de argumenten van beide partijen. Het Hof concludeerde dat de producten, hoewel ze huidverzorgende eigenschappen bezitten, niet bedoeld zijn voor huidverzorging maar voor (erotische) massage. Dit leidde tot de conclusie dat de indeling onder post 3307 correct was, aangezien de producten zijn opgemaakt voor gebruik als massageolie.

Het Hof bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de indeling van de producten onder post 3307 90 00 en 3307 30 00 van de GN terecht was. De uitspraak benadrukt het belang van de objectieve kenmerken en de bestemming van de producten bij de indeling in de GN. De beslissing is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot cassatie bij de Hoge Raad.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

Kenmerken 12/00175 tot en met 12/00181
11 juli 2013
uitspraak van de meervoudige douanekamer
op het hoger beroep van
[A].te[P], belanghebbende,
gemachtigden: mr. ing. B.J.B. Boersma c.s.
tegen de uitspraak in de zaak met kenmerken AWB 10/6058 t/m 10/6064 van de rechtbank Haarlem (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
belanghebbende
en
de inspecteur van de Belastingdienst/Douane, kantoor Rotterdam Rijnmond,
de inspecteur.

1.Ontstaan en loop van het geding

1.1.
De inspecteur heeft met dagtekening 12 oktober 2010 zeven bindende tariefinlichtingen
(bti’s) aan belanghebbende afgegeven voor massageolie en massage- en badolie, waarbij zes producten zijn ingedeeld onder post 3307 90 00 en één product onder post 3406 00 00 van de Gecombineerde Nomenclatuur (GN).
1.2.
Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de inspecteur de tariefpost ten aanzien van drie bti’s gewijzigd en het bezwaar tegen vier bti’s afgewezen.
1.3.
Bij uitspraak van 30 januari 2012 heeft de rechtbank de door belanghebbende ingestelde
beroepen ongegrond verklaard.
1.4.
Het tegen deze uitspraak ingestelde hoger beroep is bij het Hof ingekomen op 1 maart 2012, aangevuld bij brief van 4 respectievelijk 10 juli 2012. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
1.5.
Op 24 april 2013 heeft de gemachtigde meegedeeld dat ter zitting namens
belanghebbende T. van Deijl aanwezig zal zijn. Een afschrift hiervan is aan de wederpartij gezonden.
1.6.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 4 juni 2013. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.
1.7.
Schematisch overzicht van de procedure, met gevraagde en geoordeelde postindeling
Hoger beroep Hof nr.
Product
Gevraagde BTI indeling
BTI nr en indeling
Uitspraak op bezwaar en indeling
Uitspraak Rechtbank en indeling
12/175
Massageolie kaarsvorm
3304 99 00
NL-RTD-2009-003037,
3406 00 00
Gegrond, 3307 90 00
Ongegrond 3307 90 00
12/176
Massageolie [...]
3304 99 00
NL-RTD-2009-003035
3307 90 00
Ongegrond
3307 90 00
Ongegrond 3307 90 00
12/177
Massageolie, erotic m.o
3304 99 00
NL-RTD-2009-003034,
3307 90 00
Ongegrond
3307 90 00
Ongegrond 3307 90 00
12/178
Massageolie [q]
3304 99 00
NL-RTD-2009-003031,
3307 90 00
Ongegrond
3307 90 00
Ongegrond
3307 90 00
12/179
Massageolie [q] tropical fruit
3304 99 00
NL-RTD-2009-003030,
3307 90 00
Ongegrond
3307 90 00
Ongegrond
3307 90 00
12/180
Massagebadolie
3304 99 00
NL-RTD-2009-003029,
3307 90 00
Gegrond
3307 30 00
Ongegrond
3307 30 00
12/181
Massagebadolie
3304 99 00
NL-RTD-2009-003038,
3307 90 00
Gegrond
3307 30 00
Ongegrond 3307 30 00

2.Feiten

2.1.1. De rechtbank heeft in de onderdelen 2.1. tot en met 2.7.5. van haar uitspraak de navolgende feiten vastgesteld. Belanghebbende wordt daarin aangeduid als ‘eiseres’, de inspecteur als ‘verweerder’. Het Hof heeft het desbetreffende zaaknummer toegevoegd.
Hof 12/175
“(..) (bti NL-RTD-2009-003037)
2.1.1. Eiseres heeft een bti aangevraagd voor een zogenoemde massagekaars. Zij heeft in deze aanvraag verzocht om het product in te delen onder de GN-code 3304 9900.
2.1.2. In de bti-aanvraag, met het daaraan toegekende kenmerk SAF-2009-002873, is de volgende omschrijving van het product opgenomen:
“ MASSAGE OLIE VOOR DE VERKOOP IN HET KLEIN IN DE VORM VAN EEN KAARS
WELKE DOOR VERWARMING VLOEIBAAR WORDT.
HANDELSNAAM : [X]
VERPAKT IN BLIKJES VAN 200ML ”
Tevens is in de aanvraag aangegeven dat voor identieke of gelijkwaardige goederen in België een bti is afgegeven met referentie BED.264.263 + 264 + 265 + 266, voor GN-code 3304 9900.
2.1.3. In de bti is het product, dat is ingedeeld onder GN-code 3406 0000, als volgt omschreven:
“Een kaars voorzien van een lont met ondermeer de volgende ingrediënten
- diverse olie soorten zoals soja, kokos, sesam enz;
- fragrance;
- tocopherol.
Na het ontsteken van de lont kan het gesmolten kaarsvet worden gebruikt als massage olie.
Het artikel is opgemaakt voor de verkoop in het klein en is verpakt in een blikje (inhoudende 200 gram) voorzien van een kunststof lepeltje.
Het wezenlijk karakter van het product wordt toegekend aan de kaars.”
2.1.4. In de uitspraak op bezwaar heeft verweerder beslist dat de bti niet in stand kan blijven omdat het product ten onrechte is ingedeeld onder GN-code 3406 0000 en dat indeling in post 3307 moet plaatsvinden.
2.1.5. De gebruiksaanwijzing op de verpakking houdt in:
“Light the candle, wait for 20 minutes and extinguish the flame. Pour the melted wax into the palm of your hand (the oil will be warm, but not burning hot). Gently apply the oil on your partner’s body and enjoy the subtle aroma and warm effect, combined with a sensual massage that will help you both discover intimate moments.”.
Hof 12/176
“(…) (bti NL-RDT-2009-003035)(Hof: bedoeld is
…RTD…)
2.2.1. Eiseres heeft een bti aangevraagd voor massageolie. Zij heeft in deze aanvraag verzocht om het product in te delen onder de GN-code 3304 9900.
2.2.2. In de bti-aanvraag, met het daaraan toegekende kenmerk SAF-2009-002871, is de volgende omschrijving van het product opgenomen:
“ MASSAGE OLIE VOOR DE VERKOOP IN HET KLEIN
HANDELSNAAM : [XY]
VERPAKT IN PLASTIC FLESSEN VAN 100ML ”
Tevens is in de aanvraag aangegeven dat voor identieke of gelijkwaardige goederen in België een bti is afgegeven met referentie BED.264.263 + 264 + 265 + 266, voor GN-code 3304 9900.
2.2.3. In de bti is het product, dat is ingedeeld onder GN-code 3307 9000, als volgt omschreven:
“Massage olie “orange fantaisy” met ondermeer de volgende ingrediënten
- glycerine;
- aroma’s;
- sodium sacharine;
- propyleen glycol etc.
Het product is opgemaakt voor verkoop in het klein en is verpakt in een glazen flesje met een inhoud van ongeveer 100 ml.”
Onder handelsbenaming en aanvullende gegevens is vermeld:
[XY]” Orange Fantaisy.”
Onder ‘Motivering voor de indeling van het goed’ is in de bti vermeld:
“ De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 2 op afdeling VI en de tekst van de GN-codes 3307, 3307 90 en 3307 90 00. ”
2.2.4. In de uitspraak op bezwaar heeft verweerder de indeling onder GN-code 3307 9000 gehandhaafd.
2.2.5. De gebruiksaanwijzing op de verpakking houdt in:
“Enhance sexual feeling and sensation of your sensual areas. Apply, then gently rub, a small amount of oil on the desired area. Blow on it lightly. And let the oil’s heating stimulant work its magic. Then, gently savor your lover’s body… Use freely on any part of the body.”.
Hof 12/177
“(…) (bti NL-RDT-2009-003034)(Hof: bedoeld is
…RTD…)
2.3.1. Eiseres heeft een bti aangevraagd voor massageolie. Zij heeft in deze aanvraag verzocht om het product in te delen onder de GN-code 3304 9900.
2.3.2. In de bti-aanvraag, met het daaraan toegekende kenmerk SAF-2009-002870, is de volgende omschrijving van het product opgenomen:
“ MASSAGE OLIE VOOR DE VERKOOP IN HET KLEIN
HANDELSNAAM : [XY]
VERPAKT IN FLESSEN VAN 250ML ”
Tevens is in de aanvraag aangegeven dat voor identieke of gelijkwaardige goederen in België een bti is afgegeven met referentie BED.264.263 + 264 + 265 + 266, voor GN-code 3304 9900.
2.3.3. In de bti is het product, dat is ingedeeld onder GN-code 3307 9000, als volgt omschreven:
“Massage olie met ondermeer de volgende ingrediënten:
- diverse soorten olie van o.a. sesam, prunus etc.
- geurstoffen;
- tocopherol;
- geurstoffen.
Het product is opgemaakt voor verkoop in het klein en is verpakt in een kunststof flesje met een inhoud van ongeveer 250 ml.”
Onder handelsbenaming en aanvullende gegevens is vermeld:
[Y]Erotic massage oil.”
Onder ‘Motivering voor de indeling van het goed’ is in de bti vermeld:
“ De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 2 op afdeling VI en de tekst van de GN-codes 3307, 3307 90 en 3307 90 00. ” .
2.3.4. In de uitspraak op bezwaar heeft verweerder de indeling onder GN-code 3307 9000 gehandhaafd.
2.3.5. De gebruiksaanwijzing op de verpakking houdt in:
“Silky smooth, this oil slides gracefully onto the skin, evoking a sensation of total rapture. Sexual desire becomes alert and ready for love.”
Hof 12/178
“(…) (bti NL-RDT-2009-003031)(Hof: bedoeld is
…RTD…)
2.4.1. Eiseres heeft een bti aangevraagd voor massageolie. Zij heeft in deze aanvraag verzocht om het product in te delen onder de GN-code 3304 9900.
2.4.2. In de bti-aanvraag, met het daaraan toegekende kenmerk SAF-2009-002867, is de volgende omschrijving van het product opgenomen:
“ MASSAGE OLIE MET KERSEN SMAAK OP WATERBASIS VOOR VERKOOP IN HET KLEIN
HANDELSNAAM : [Q]
VERPAKT IN 4.1 OZ FLESSEN ”
Tevens is in de aanvraag aangegeven dat voor identieke of gelijkwaardige goederen in België een bti is afgegeven met referentie BED.264.263 + 264 + 265 + 266, voor GN-code 3304 9900.
2.4.3. In de bti is het product, dat is ingedeeld onder GN-code 3307 9000, als volgt omschreven:
“Massage olie met kersensmaak met ondermeer de volgende ingrediënten:
- water;
- glycerine;
- aloë vera;
- vitamine E;
- smaakstoffen;
- propyleen glycol etc.
Het product is opgemaakt voor verkoop in het klein en is verpakt in een flacon met een inhoud van ongeveer 100 gram en 44 ml.”
Onder handelsbenaming en aanvullende gegevens is vermeld:
“[Qq]
[QQ]”
Onder ‘Motivering voor de indeling van het goed’ is in de bti vermeld:
“ De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 2 op afdeling VI en de tekst van de GN-codes 3307, 3307 90 en 3307 90 00. ”
2.4.4. In de uitspraak op bezwaar heeft verweerder de indeling onder GN-code 3307 9000 gehandhaafd.”.
Hof 12/179
“(…) (bti NL RDT-2009-003030)(Hof: bedoeld is
…RTD…)
2.5.1. Eiseres heeft een bti aangevraagd voor massageolie. Zij heeft in deze aanvraag verzocht om het product in te delen onder de GN-code 3304 9900.
2.5.2. In de bti-aanvraag, met het daaraan toegekende kenmerk SAF-2009-002866, is de volgende omschrijving van het product opgenomen:
“ MASSAGE OLIE MET FRUIT SMAAK OP WATERBASIS VOOR DE VERKOOP IN HET KLEIN
HANDELSNAAM : [Z]
VERPAKT IN 4.1 OZ FLESSEN ”
Tevens is in de aanvraag aangegeven dat voor identieke of gelijkwaardige goederen in België een bti is afgegeven met referentie BED.264.263 + 264 + 265 + 266, voor GN-code 3304 9900.
2.5.3. In de bti is het product, dat is ingedeeld onder GN-code 3307 9000, als volgt omschreven:
“Massage olie met fruitsmaak met ondermeer de volgende ingrediënten:
- glycerine;
- natuurlijke en kunstmatige smaakstoffen.
Het product is opgemaakt voor verkoop in het klein en is verpakt in een flacon met een inhoud van ongeveer 116 gram.”
Onder handelsbenaming en aanvullende gegevens is vermeld:
“[Qq] 4-in-one.”
Onder ‘Motivering voor de indeling van het goed’ is in de bti vermeld:
“ De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 2 op afdeling VI en de tekst van de GN-codes 3307, 3307 90 en 3307 90 00. ”
2.5.4. In de uitspraak op bezwaar heeft verweerder de indeling onder GN-code 3307 9000 gehandhaafd.
2.5.5. De gebruiksaanwijzing op de verpakking houdt in:
“Indulge yourself and your lover in the sinfully delicious, heated passion of [Qq]. Gently warms with motion … Blow on it and it gets warmer. To turn up the heat, place the bottle under hot water before use.”.
Hof 12/180
“(…) (bti NL-RTD-2009-003029)
2.6.1. Eiseres heeft een bti aangevraagd voor massageolie. Zij heeft in deze aanvraag verzocht om het product in te delen onder de GN-code 3304 9900.
2.6.2. In de bti-aanvraag, met het daaraan toegekende kenmerk SAF-2009-002865, is de volgende omschrijving van het product opgenomen:
“ MASSAGE OLIE OP WATERBASIS VOOR DE VERKOOP IN HET KLEIN
HANDELSNAAM : [S]
VERPAKT IN 225ML FLESSEN ”
Tevens is in de aanvraag aangegeven dat voor identieke of gelijkwaardige goederen in België een bti is afgegeven met referentie BED.264.263 + 264 + 265 + 266, voor GN-code 3304 9900.
2.6.3. In de bti is het product, dat is ingedeeld onder GN-code 3307 9000, als volgt omschreven:
““Aromatherapy massage & badolie”. Een geelgekleurde vloeistof met -volgens opgave- ondermeer de volgende ingrediënten:
- sweet almond olie;
- diverse vitamines;
- aloë vera leaf juice;
- glycerol etc.
Het product is opgemaakt voor de verkoop in het klein en is verpakt in een kunststof flacon met een inhoud van ongeveer 240 ml.”
Onder handelsbenaming en aanvullende gegevens is vermeld:
“[I]”
Onder ‘Motivering voor de indeling van het goed’ is in de bti vermeld:
“ De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 2 op afdeling VI en de tekst van de GN-codes 3307, 3307 90 en 3307 90 00. ”
2.6.4. In de uitspraak op bezwaar heeft verweerder beslist dat de bti niet in stand kan blijven omdat het product ten onrechte is ingedeeld onder GN-code 3307 9000 en dat indeling onder GN-code 3307 3000 moet plaatsvinden.
2.6.5. De gebruiksaanwijzing op de verpakking houdt in:
“Fall in love with the alluring fusion of cedarwood and patchouli. Unleash your sensual power through the ancient healing art of aromatherapy. The silky, vitamin enriched natural oils of [I] glide on easily sprinkled in your bath water, or used to pamper every inch of your body… [I] aromatherapy massage oil will balance your mind, body and spirit. Spa quality.”.
Hof 12/181
“(…) (bti NL-RTD-2009-003028)
2.7.1. Eiseres heeft een bti aangevraagd voor massageolie. Zij heeft in deze aanvraag verzocht om het product in te delen onder de GN-code 3304 9900.
2.7.2. In de bti-aanvraag, met het daaraan toegekende kenmerk SAF-2009-002864, is de volgende omschrijving van het product opgenomen:
“ MASSAGE OLIE OP WATERBASIS VOOR DE VERKOOP IN HET KLEIN
HANDELSNAAM : [R]
VERPAKT IN 4 OZ FLESSEN ”
Tevens is in de aanvraag aangegeven dat voor identieke of gelijkwaardige goederen in België een bti is afgegeven met referentie BED.264.263 + 264 + 265 + 266, voor GN-code 3304 9900.
2.7.3. In de bti is het product, dat is ingedeeld onder GN-code 3307 9000, als volgt omschreven:
“Aromatherapy massage & badolie”. Een geelgekleurde vloeistof met -volgens opgave- ondermeer de volgende ingrediënten:
- sweet almond olie;
- diverse vitamines;
- aloë vera leaf juice;
- glycerol etc.
Het product is opgemaakt voor de verkoop in het klein en is verpakt in een kunststof flacon met een inhoud van ongeveer 120 ml.”
Onder handelsbenaming en aanvullende gegevens is vermeld:
“[I]”
Onder ‘Motivering voor de indeling van het goed’ is in de bti vermeld:
“ De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 2 op afdeling VI en de tekst van de GN-codes 3307, 3307 90 en 3307 90 00. ” .
2.7.4. In de uitspraak op bezwaar heeft verweerder beslist dat de bti niet in stand kan blijven omdat het product ten onrechte is ingedeeld onder GN-code 3307 9000 en dat indeling onder GN-code 3307 3000 moet plaatsvinden.
2.7.5. De gebruiksaanwijzing op de verpakking houdt in:
“Drift away with the calming blend of ginger and bergamot. Unleash your sensual power through the ancient healing art of aromatherapy. The silky, vitamin enriched natural oils of [I] glide on easily and leave your skin irresistibly soft and delicate scented for hours. Whether massaged into the skin, sprinkled in your bathwater, or used to pamper every inch of your body… [I] aromatherapy massage oil will balance your mind, body and spirit.”..
2.1.2. Het Hof gaat voor de beslechting van het geschil van voormelde feiten uit.

3.Geschil in hoger beroep

3.1.
Evenals bij de rechtbank is bij het Hof in geschil het antwoord op de vraag of de inspecteur op goede gronden bti’s heeft afgegeven waarbij de producten zijn ingedeeld onder post 3307 30 00 respectievelijk 3307 90 00 van de GN of dat de producten, zoals belanghebbende stelt, ingedeeld moeten worden onder post 3304 99 00 van de GN.
3.2.
Voor de standpunten van partijen wordt verwezen naar de gedingstukken, waaronder het proces-verbaal van de zitting.
3.3.
De relevante teksten van de GN zijn:
Aantekening 3 op hoofdstuk 33 luidt, voor zover hier van belang:
“De posten 3303 tot en met 3307 omvatten onder meer al dan niet vermengde producten (ander dan gedistilleerd aromatisch water en waterige oplossingen van etherische oliën), geschikt om als product van deze posten te worden gebruikt en die met het oog hierop zijn opgemaakt voor de verkoop in het klein.”
Post 3304:
3304   Schoonheidsmiddelen en producten voor de huidverzorging (andere dan geneesmiddelen), preparaten tegen zonnebrand en preparaten voor het verkrijgen van een bruine huidskleur daaronder begrepen; producten voor manicure of voor pedicure:
3304 10 00  – producten voor het opmaken van de lippen
3304 20 00  – producten voor het opmaken van de ogen
3304 30 00  – producten voor manicure of voor pedicure
– andere
3304 91 00  – – poeder, ook indien geperst
3304 99 00  – – andere
Post 3307:
3307   Scheermiddelen en middelen die voor of na het scheren worden gebruikt, deodorantia voor lichaamsverzorging, badpreparaten, ontharingsmiddelen en andere parfumerieën, toiletartikelen en cosmetische producten, elders genoemd noch elders onder begrepen; preparaten voor het neutraliseren van geuren in vertrekken (deodorantia), ook indien niet geparfumeerd of met desinfecterende eigenschappen:
3307 10 00  – scheermiddelen en middelen die voor of na het scheren worden gebruikt
3307 20 00  – deodorantia voor lichaamsverzorging en antitranspiratiemiddelen
3307 30 00  – geparfumeerde badzouten en andere badpreparaten
– preparaten voor het parfumeren van vertrekken of voor het neutraliseren van geuren in vertrekken, preparaten die bij godsdienstige plechtigheden worden gebruikt daaronder begrepen:
(…)
3307 90 00  – andere
De toelichting IDR op aantekening 3 bij hoofdstuk 33luidt, voor zover hier van belang:
“De posten 33.03 tot en met 33.07 omvatten al dan niet vermengde producten (ander dan gedistilleerd aromatisch water en waterige oplossingen van etherische oliën), geschikt om als product van deze posten te worden gebruikt en die met het oog hierop zijn opgemaakt voor de verkoop in het klein (zie
Aantekening 3 IDR op dit hoofdstuk).
(…)
Preparaten (zoals vernis) en onvermengde producten (niet-geparfumeerd talkpoeder, bleekaarde, aceton, aluin, enz.), die niet alleen voor bovenbedoeld gebruik dienen, maar ook voor andere doeleinden worden gebezigd, behoren slechts dan tot de posten 33.03 tot en met 33.07:
indien ze zijn opgemaakt in verpakkingen waarin zij aan de gebruiker worden afgeleverd en uit etiketten, opschriften of anderszins, blijkt dat zij bestemd zijn om te worden gebruikt als parfumerieën, toiletartikelen, cosmetische producten of als deodorantia voor vertrekken;
indien ze zijn opgemaakt in speciale verpakkingen of vormen, waaruit blijkt dat zij kennelijk bestemd zijn om voor dezelfde doeleinden te worden gebruikt (zulks geldt bijvoorbeeld voor flesjes nagellak waarvan de stop voorzien is van het penseeltje waarmede de lak wordt uitgestreken).”
Verordening (EU) Tarifering 3 december 2012, nr. 1172/2012 (PbEU 2012, nr. L 337,luidt, voor zover hier van belang:
“Omdat het product veeleer als een verfrissingsdoekje wordt gebruikt, in plaats van voor de gezichtsverzorging, en parfum bevat, is indeling onder post 33.04 uitgesloten. Hoewel het product een kleine hoeveelheid aloë vera extract bevat, dat voor de huidverzorging wordt gebruikt, verleent dit het product niet zijn wezenlijk karakter. (…) Het product moet daarom onder post 33.07 (…) worden ingedeeld.”
Statement 62e vergadering Comité douanewetboek, afdeling Tarief- en statistieknomenclatuurluidt voor zover hier van belang:
“De bereiding kan niet worden aangemerkt als een bereiding voor de huidverzorging omdat het een middel is ter bescherming van de externe en interne vrouwelijke geslachtsorganen, gelet op het voorkomen van irritatie van de vulva en de vaginawand. Als gevolg daarvan is post 33.04 uitgesloten en moet post 33.07 worden toegepast.”

4.De overwegingen van de rechtbank

De rechtbank heeft ten aanzien van de indeling het volgende overwogen:
“5.1. Het is vaste rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ EU), dat in het belang van de rechtszekerheid en van een gemakkelijke controle het beslissende criterium voor de tariefindeling van goederen in de regel moet worden gezocht in de objectieve kenmerken en eigenschappen ervan, zoals deze in de tekst van de posten van de GN en in de aantekeningen op de afdelingen en hoofdstukken zijn omschreven. Hierbij vormen de GS- en de GN-Toelichtingen, hoewel rechtens niet bindend, belangrijke hulpmiddelen bij de uitlegging van de draagwijdte van de verschillende posten.
5.2.
Voorts kan volgens de rechtspraak van het HvJ EU de bestemming van het product een objectief indelingscriterium zijn, wanneer die bestemming inherent is aan het product. De inherentie moet kunnen worden beoordeeld aan de hand van de objectieve kenmerken en eigenschappen van het product (zie o.m. arresten van 4 maart 2004, Krings, C-130/02, Jurispr. blz. I-2121, punt 28, en van 17 maart 2005 Ikegami, C-467/03, Jurispr. blz. I-2389).
5.3.
Partijen zijn van mening dat de in te delen producten weliswaar onderling geringe verschillen vertonen, maar dat deze niettemin op gelijke wijze, onder eenzelfde GN-post, dienen te worden ingedeeld. De rechtbank ziet geen reden om partijen hierin niet te volgen en zal bij de indeling dan ook geen onderscheid maken tussen de in te delen producten.
5.4.
Tussen partijen is niet in geschil dat (de ingrediënten van) de producten huidverzorgende eigenschappen bezitten. Beoordeeld moet worden in hoeverre de bestemming van de producten inherent is aan de producten en daarom een rol speelt bij de indeling van de producten en zo ja, of de wijze van verpakken daarbij in ogenschouw kan of moet worden genomen.
5.5.1.
Eerst zal de rechtbank de indeling van de massageoliën (waaronder begrepen de massagekaars, i.e. de onder 2.1 tot en met 2.5 beschreven producten) beoordelen. Gelet op aantekening 3 bij hoofdstuk 33 is de rechtbank van oordeel dat de wijze van verpakken en de bestemming beide van belang zijn bij de indeling van de daar bedoelde producten. De in geding zijnde massageoliën zijn opgemaakt met het oog op het gebruik en verkoop in het klein. Anders dan eiseres betoogt, is dit niet voldoende voor indeling onder post 3304. Het is tevens van belang dat de producten geschikt en bedoeld zijn om tot huidverzorging te dienen. Deze opvatting vindt steun in hetgeen is neergelegd in tariferingen 1 en 2 bij post 3304. De bestemming van de in geding zijnde producten, zijnde erotische massageolie of massagekaars, is af te leiden uit de tekst en afbeelding van de etiketten. Gelet op het etiket worden de producten niet aangeboden voor huidverzorging maar voor (erotische) massage. Bovendien is op de verpakking van een aantal van de in geding zijnde producten aangegeven dat de inhoud ingeval van inslikken niet schadelijk is.
5.5.2.
Dat de producten huidverzorgende bestanddelen bevatten betekent nog niet dat indeling onder post 3304 moet plaatsvinden. Het ligt immers voor de hand dat een product dat voor cosmetische doeleinden in het algemeen wordt gebruikt, niet schadelijk is voor de huid. Bovendien zorgen de oliën en vetten in de onderhavige producten voor een gemakkelijke verdeling over de huid, wat de massage aangenamer maakt.
5.5.3.
Uit 5.5.1 tot en met 5.5.2 volgt dat voldoende vaststaat dat de bestemming van de producten inherent is aan de producten en in het onderhavige geval een objectief indelingscriterium is. De rechtbank komt dan ook tot de conclusie dat de massageoliën moeten worden ingedeeld onder post 3307.
5.6.
Tot slot zal de rechtbank de indeling van de combinatieproducten van massageolie en badolie (de onder 2.6 en 2.7 beschreven producten) beoordelen. De rechtbank heeft onder 5.5 geoordeeld dat de producten bestaande uit (erotische) massageolie dienen te worden ingedeeld onder post 3307. Omdat badpreparaten volgens het opschrift onder post 3307 vallen en de onder 2.6 en 2.7 beschreven producten dus bestaan uit een combinatie van substanties die onder post 3307 moeten worden ingedeeld, is niet van belang of indelingsregel 3b of 3c moet worden toegepast. De combinaties dienen derhalve ook onder post 3307 te worden ingedeeld.”.

5.De beoordeling van het geschil

5.1.
Het Hof stelt voorop dat ingevolge regel 1 van de algemene regels voor de interpretatie van de Gecombineerde Nomenclatuur (hierna: GN) voor de indeling wettelijk bepalend zijn de bewoordingen van de posten en de aantekeningen op de afdelingen en op de hoofdstukken.
5.2.
Aantekening 3 op hoofdstuk 33 van de GN bepaalt dat de posten 3303 tot en met 3307 onder meer omvatten “al dan niet vermengde producten (…), geschikt om als product van deze posten te worden gebruikt en die met het oog hierop zijn opgemaakt voor de verkoop in het klein”.
5.3.
Uit de bewoordingen van voormelde aantekening 3 volgt dat de posten 3303 tot en met 3307 producten omvatten die geschikt zijn voor gebruik als product van één of meer van de posten 3303 tot en met 3307 en met het oog op dit gebruik zijn opgemaakt voor verkoop in het klein. Derhalve dient, met toepassing van aantekening 3 op hoofdstuk 33 te worden vastgesteld met het oog op welk gebruik de producten zijn opgemaakt, teneinde de aard van de in te delen producten te kunnen vaststellen.
5.4.
Het Hof stelt in dit verband voorop dat voor de bepaling van het oogmerk waarmee de producten zijn opgemaakt betekenis toekomt aan de vermeldingen op de etiketten, daar deze vermeldingen het oogmerk van de fabrikant expliciet tot uitdrukking brengen. Uit genoemde vermeldingen blijkt dat de producten zijn opgemaakt met het oog op het gebruik als hulpmiddel bij het verrichten van (erotische) massages. Voor de indeling in de GN moet het er daarom voor worden gehouden dat de producten kwalificeren als ‘massageolie’.
5.5.
Gelet op het vorenoverwogene dient te worden vastgesteld onder welke tariefpost massageoliën dienen te worden ingedeeld in de GN. De door belanghebbende voorgestane post 3304 betreft, voor zover hier van belang, producten voor de huidverzorging. Naar ’s Hofs oordeel is een massageolie geen product voor de huidverzorging, omdat een dergelijke olie een hulpmiddel is bij het masseren van het lichaam en niet op de huid wordt aangebracht om deze te verzorgen. De zienswijze van belanghebbende dat de enkele omstandigheid dat een product huidverzorgende bestanddelen bevat, meebrengt dat het product onder post 3304 kan worden ingedeeld, deelt het Hof derhalve niet. Nu massageolie in de GN niet wordt genoemd, noch elders onder is begrepen, dienen de producten te worden ingedeeld onder post 3307.
5.6.
Het Hof concludeert op grond van het vorenstaande dat de (erotische) massageoliën met toepassing van indelingsregel 1 en 6 dienen te worden ingedeeld onder post 3307 90 00. Dit geldt voor de in geding zijnde massageoliën en de massageolie in kaarsvorm. Voor wat betreft de badzouten c.q. badpreparaten concludeert het Hof dat deze dienen te worden ingedeeld onder post 3307 30 00. Het Hof vindt steun voor dit oordeel in Verordening (EU) 3 december 2012, nr. 1172/2012 (PbEU 2012, nr. L 337), en in het onder 3.3 aangehaalde Statement van de 62e vergadering Comité douanewetboek, afdeling Tarief- en statistieknomenclatuur.
Slotsom
5.7.
De slotsom is dat het hoger beroep van belanghebbende ongegrond is en dat de uitspraak van de rechtbank dient te worden bevestigd.

6.Kosten

Het Hof acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de kosten op de voet van artikel 8:75 van de Algemene [q] bestuursrecht.

7.Beslissing

Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
De uitspraak is gedaan door mrs. E.M. Vrouwenvelder, voorzitter, C.J. Hummel en B.A. van Brummelen, leden van de douanekamer, in tegenwoordigheid van mr. R.J.M. Bosch, als griffier. De beslissing is op 11 juli 2013 in het openbaar uitgesproken.
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), Postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.
het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d. de gronden van het beroep in cassatie.
Voor het instellen van beroep in cassatie is griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt de indiener een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad.
In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.