ECLI:NL:GHAMS:2013:2388

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
6 augustus 2013
Publicatiedatum
5 augustus 2013
Zaaknummer
200.114.409-01 NOT
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Klacht van klager tegen notaris over onterecht verstuurde declaratie voor niet uitgevoerde werkzaamheden

In deze zaak heeft klager een klacht ingediend tegen de notaris, omdat deze een declaratie van € 11.305,- heeft gestuurd zonder dat klager opdracht had gegeven voor werkzaamheden. De declaratie was volledig gerelateerd aan kosten die de notaris had gemaakt in verband met door klager ingediende klachtprocedures. Het Gerechtshof Amsterdam heeft op 6 augustus 2013 geoordeeld dat de notaris deze kosten niet bij klager in rekening mocht brengen, aangezien er geen werkzaamheden waren verricht waarvoor klager de notaris had ingeschakeld. Het hof bevestigde de beslissing van de kamer van toezicht, die de klacht van klager gegrond had verklaard zonder oplegging van een maatregel. Het hof nam in overweging dat klager in de afgelopen periode achttien klachten tegen de notaris had ingediend, waarvan er slechts één gedeeltelijk gegrond was verklaard. Het hof concludeerde dat, hoewel de notaris zich mogelijk getergd voelde door de klachten, dit geen rechtvaardiging bood voor het indienen van de declaratie. De beslissing van de kamer van toezicht werd bevestigd, en het hof oordeelde dat de klacht gegrond was zonder dat er een tuchtrechtelijke maatregel opgelegd hoefde te worden.

Uitspraak

beslissing
_________________________________________________________________________________ _ _
GERECHTSHOF AMSTERDAM
afdeling civiel recht en belastingrecht
zaaknummer: 200.114.409/01 NOT
zaaknummer kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te ‘s-Hertogenbosch: KLN 12.04
beslissing van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van 6 augustus 2013
inzake:
[klager]
wonende te [plaatsnaam],
APPELLANT,
t e g e n
[notaris],
notaris te [plaatsnaam],
GEÏNTIMEERDE.

1. Het geding in hoger beroep

1.1. Van de zijde van appellant, verder klager, is bij een op 2 oktober 2012 ter griffie van het hof ingekomen verzoekschrift - met bijlagen - tijdig hoger beroep ingesteld tegen de aan deze beslissing gehechte beslissing van de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te ‘s-Hertogenbosch, verder de kamer, van 26 september 2012. Bij die beslissing is het verzet van klager tegen een beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de kamer waarbij zijn klacht tegen geïntimeerde, verder de notaris, als kennelijk ongegrond werd afgewezen, gegrond verklaard en is die klacht gegrond verklaard zonder oplegging van een maatregel.
1.2. De zaak is behandeld ter openbare terechtzitting van het hof van 23 mei 2013. Klager is verschenen en heeft het woord gevoerd aan de hand van een door hem aan het hof overgelegde pleitnota. De notaris is - hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen - niet verschenen.
2.
De stukken van het geding
Het hof heeft kennis genomen van de inhoud van de door de kamer aan het hof toegezonden stukken van de eerste instantie en de hiervoor vermelde stukken.

3. De feiten

Het hof verwijst voor de feiten naar hetgeen de kamer in de bestreden beslissing heeft vastgesteld. Partijen hebben tegen de vaststelling van de feiten door de kamer geen bezwaar gemaakt, zodat ook het hof van die feiten uitgaat.

4. Het standpunt van klager

Klager verwijt de notaris dat deze hem een declaratie ten bedrage van € 11.305,- heeft gestuurd, terwijl hij de notaris geen opdracht heeft gegeven om werkzaamheden voor hem te verrichten. Met deze declaratie, die kosten betreft die verband houden met de door hem tegen de notaris ingediende klachten, heeft de notaris hem willen afschrikken om gebruik te maken van zijn klachtrecht, aldus klager. Bovendien heeft de notaris volgens klager onnauwkeurig gedeclareerd door stelposten te hanteren.

5. Het standpunt van de notaris

De verweren van de notaris komen in het navolgende, voor zover nodig, aan de orde.

6. De beoordeling

6.1. Vast staat dat de onderhavige declaratie volledig ziet op kosten van de notaris in verband met de door klager tegen hem aanhangig gemaakte klachtprocedures. Met de kamer is het hof van oordeel dat het de notaris niet is toegestaan om deze kosten bij klager in rekening te brengen, aangezien die geen werkzaamheden betreffen waartoe klager aan de notaris opdracht heeft gegeven. Nu de conclusie is dat de notaris de desbetreffende kosten in het geheel niet had mogen declareren, komt het hof niet toe aan een beoordeling van de wijze waarop de notaris heeft gedeclareerd. De kamer heeft de klacht terecht gegrond verklaard.
6.2. Het hof is, evenals de kamer, van oordeel dat kan worden volstaan met gegrondverklaring van de klacht zonder oplegging van een maatregel. Daarbij heeft het hof in aanmerking genomen dat klager in de afgelopen periode achttien klachten tegen de notaris heeft ingediend, waarvan er slechts één gedeeltelijk gegrond is verklaard. Hoewel dit onverlet laat dat de notaris zijn kosten in verband met deze procedures niet bij klager mag declareren, valt naar ’s hofs oordeel wel enig begrip op te brengen voor het feit dat de notaris zich daardoor zodanig getergd heeft gevoeld dat hij - zoals hij tijdens de mondelinge behandeling in eerste aanleg heeft verklaard - de behoefte voelde om bij wijze van signaal een rekening te schrijven.
6.3. Nu het hof ten aanzien van zowel de klacht als de maatregel tot eenzelfde beslissing komt als de kamer, zal het hof de bestreden beslissing bevestigen.
6.4. Hetgeen partijen verder nog naar voren hebben gebracht, kan als in het voorgaande reeds behandeld dan wel als thans niet ter zake dienend buiten beschouwing blijven.
6.5. Het hiervoor overwogene leidt tot de volgende beslissing.

7. De beslissing

Het hof:
- bevestigt de bestreden beslissing.
Deze beslissing is gegeven door mrs. A.L.G.A. Stille, J.C.W. Rang en C.P. Boodt en in het openbaar uitgesproken op dinsdag 6 augustus 2013 door de rolraadsheer.
KLN 12.04
26 september 2012
DE KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN IN HET ARRONDISSEMENT 's-HERTOGENBOSCH
neemt de volgende beslissing over het verzetschrift ten aanzien van de klacht van [klager], hierna te noemen klager, tegen [notaris], notaris te [plaatsnaam], hierna te noemen de notaris.

1.De procedure

1.1.
Klager heeft op 27 februari 2012, ingekomen bij de kamer van toezicht op 28 februari 2012, een klacht geformuleerd tegen de notaris.
1.2.
Bij beslissing van 12 juni 2012 heeft de plaatsvervangend voorzitter, [naam], de klacht ten aanzien van de notaris kennelijk ongegrond geacht en om die reden afgewezen.
1.3.
Tegen deze beslissing is klager op 14 juni 2012 in verzet gekomen.
1.4.
De kamer van toezicht heeft het verzet behandeld op de vergadering van 16 augustus 2012. Klager was bij de behandeling aanwezig. De notaris was eveneens bij de behandeling aanwezig.

2.De beoordeling van het verzet

2.1.
Op grond van artikel 99, lid 6, Wet op het notarisambt kunnen klagers tegen de beslissing van de voorzitter tot afwijzing van een klacht binnen veertien dagen na de dag van verzending van het afschrift van de beslissing schriftelijk verzet doen. De kamer constateert dat het verzetschrift door de kamer van toezicht is ontvangen op 14 juni 2012. Het verzet is dus tijdig ingediend en daarmee ontvankelijk.
2.2.
Ter beoordeling staat of de plaatsvervangend voorzitter de voorzittersbeslissing op goede gronden heeft gegeven. De plaatsvervangend voorzitter heeft de klacht ten aanzien van de notaris kennelijk ongegrond verklaard en derhalve afgewezen. Klager verwijt de notaris dat de notaris klager heeft willen afschrikken door de door de notaris gemaakte kosten en bestede tijd betreffende de door klager tegen de notaris aangespannen klachtprocedures aan klager te declareren, welke declaratie in de ogen van klager onjuist is. De plaatsvervangend voorzitter heeft geoordeeld dat de kamer van toezicht niet de bevoegde instantie is om te oordelen over de vordering van de notaris op klager en dat de ingediende declaratie niet zodanig onredelijk is of van iedere grond ontbloot dat de notaris daarmee klachtwaardig jegens klager zou handelen.
2.3
De kamer van toezicht is van oordeel dat de kamer van toezicht wel bevoegd is om over de klacht te oordelen, nu het niet gaat om een zuiver declaratiegeschil. De klacht ziet vooral op de houding en het gedrag van de notaris jegens klager. Daarmee kan de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van 12 juni 2012 niet in stand blijven. De kamer van toezicht verklaart het verzet gegrond.

3.De feiten

3.1
Klager heeft in de afgelopen jaren meerdere klachten ingediend tegen de notaris. In veel gevallen heeft klager hoger beroep aangetekend tegen de beslissing van de kamer van toezicht.
3.2
Tot op heden is één klacht van klager tegen deze notaris (KLN 09.25) gedeeltelijk gegrond verklaard door de notariskamer van het Gerechtshof Amsterdam, waarbij de notaris een maatregel van waarschuwing heeft gekregen.
3.3
De notaris heeft klager een declaratie gestuurd ter grootte van € 11.305,00 (inclusief BTW) voor de kosten die de notaris heeft gemaakt als gevolg van de behandeling van klachten door de kamer van toezicht en het Hof. Klager heeft deze declaratie niet voldaan.
3.4
De door de Voorzitter van de Ring van Notarissen ’s-Hertogenbosch gemandateerde oud-notaris, [naam], heeft op 26 april 2012 beslist op de door klager ingediende klacht dat een notaris de kosten van een klacht in beginsel niet bij de klager in rekening mag brengen. Hij heeft bepaald dat de declaratie opnieuw door de notaris moet worden vastgesteld, waarbij de notaris de declaratie dient terug te brengen tot nihil.

4.De klacht en het verweer daartegen

4.1
Klager stelt, zakelijk weergegeven, het volgende.
De notaris heeft klager een declaratie gestuurd van € 11.305,00 terwijl er geen sprake is geweest van werkzaamheden voor klager. De reden van de declaratie is om klager af te schrikken om van het klachtrecht gebruik te maken. Het gaat daarbij niet om de hoogte van de declaratie, maar om het feit dat de notaris een declaratie aan klager heeft gestuurd. Klager heeft verder verwezen naar de uitspraak van de door de Voorzitter van de Ring gemandateerde oud-notaris van 26 april 2012.
4.2
De notaris stelt, zakelijk weergegeven, het volgende.
De gemandateerde van de Ring heeft de reden van de declaratie naar de mening van de notaris niet juist samengevat. De behoefte om de declaratie uit te schrijven is gelegen in de frequentie van de door klager tegen de notaris aangespannen procedures. Het gaat om achttien procedures en het lijkt inmiddels op een hetze van klager tegen de notaris. Het gaat om het signaal. De notaris heeft niet de verwachting dat de declaratie daadwerkelijk zou worden voldaan en zal gevolg geven aan de uitspraak van de Voorzitter van de Ring van Notarissen ’s-Hertogenbosch.

5.De beoordeling

5.1
De kamer van toezicht is van oordeel dat het de notaris niet is toegestaan om zonder enige opdracht de kosten die hij heeft terzake door de klager aangebrachte klachtprocedures bij klager in rekening te brengen. In die zin wordt de klacht gegrond verklaard.
5.2
De kamer van toezicht overweegt dat de notaris ter zitting heeft aangegeven gehoor te zullen geven aan de uitspraak van de Voorzitter van de Ring van Notarissen
’s-Hertogenbosch. Daarmee rekening houdende is de kamer van toezicht van oordeel dat volstaan kan worden met gegrond verklaring van de klacht zonder oplegging van een tuchtrechtelijke maatregel.

6.De beslissing

De kamer van toezicht:
Verklaart het verzet gegrond;
Verklaart de klacht gegrond, zonder oplegging van een tuchtrechtelijke maatregel.
Aldus gegeven te 's-Hertogenbosch door mr. S.J.G.N.M. Willard, plaatsvervangend voorzitter,
mr. M.A.M. Kessels, mr. M.H.G. Giesbers, leden, mr. H.G. Robers en mr. H. Quispel, plaatsvervangende leden, en uitgesproken ter openbare zitting van 26 september 2012, in tegenwoordigheid van de secretaris.