Klager verwijt de notaris dat hij niet of niet behoorlijk heeft voldaan aan de verplichtingen als executeur. Krachtens artikel XIV.6 van het testament was de notaris verplicht jaarlijks van zijn beheer rekening en ver-antwoording af te leggen aan de erven maar dat is nooit gebeurd. Ook heeft klager nooit een boedel-beschrijving ontvangen.
De kamer overweegt hieromtrent het volgende.
Artikel XIV lid 2 van bedoeld testament bepaalt:
“De executeur is verplicht zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk zes maanden na mijn overlijden, ten behoeve van mijn erfgenamen een boedelbeschrijving, met inbegrip van een voorlopige staat van schulden van de nalatenschap op te nemen.”
Bij brief van 14 september 2005 heeft de notaris aan de weduwe [naam] - en blijkens de eerste alinea van die brief kennelijk ook aan de vier kinderen (erven [naam]) - een beschrijving van de in de nalatenschap aanwezige activa/passiva gegeven en hen bij brief van 2 oktober 2006 een kopie van de memorie van aangifte voor het recht van successie doen toekomen.
Het verwijt van klager dat de brieven van de notaris van 14 september en 2 oktober 2006 niet zijn aan te merken als een boedelbeschrijving is te laat gedaan. Zoals hiervoor onder a. is overwogen is ook hier de driejaartermijn overschreden. Immers ook hier geldt dat klager in elk geval sinds 2 oktober 2006 kennis droeg van het handelen respectievelijk nalaten dat hij de notaris thans verwijt en dat dus ook vanaf dat moment de driejaartermijn, zoals genoemd in artikel 99 lid 12 Wna is gaan lopen. Ook met deze klacht (ingediend op 25 november 2011) heeft klager die termijn ruimschoots overschreden zodat de klacht niet ontvankelijk is.
Wat betreft het verwijt van klager dat de notaris nimmer aan zijn verplichting heeft voldaan om krachtens artikel XIV.6 van het testament jaarlijks van zijn beheer rekening en verantwoording af te leggen aan de erven overweegt de kamer het volgende.
Artikel XIV lid 6 van bedoeld testament verplicht de notaris om jaarlijks en bij het einde van zijn beheer rekening en verantwoording af te leggen aan de erfgenamen en in ieder geval jaarlijks aan de erfgenamen een overzicht van alle belastbare inkomsten en fiscaal toelaatbare kosten te doen toekomen. Niet weersproken is dat de notaris een dergelijke rekening en verantwoording niet (jaarlijks) aan de erven heeft doen toekomen en derhalve de verplichting uit het testament niet is nagekomen. De stelling van de notaris dat hij klager regelmatig op de hoogte heeft gebracht van de voortgang van de afwikkeling van de nalatenschap doet hier niet aan af. De klacht hiertegen is dan ook gegrond, met dien verstande dat de klacht voor zover gericht tegen het door de notaris niet afleggen van rekening en verantwoording tot de datum van 25 november 2008 niet ontvankelijk is wegens overschrijding van de driejaartermijn. Bij de afweging van de op te leggen sanctie weegt de kamer mee dat niet is gebleken dat klager de notaris eerder om een dergelijke jaarlijkse rekening en verantwoording heeft verzocht.