Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
mr. H.A.J. Stollenwerckte Maastricht,
mr. E.H.J. Slagerte Amsterdam,
[EISER SUB 1],
[EISER SUB 3],
mr. E.H.J. Slagerte Amsterdam
mr. H.A.J. Stollenwerckte Maastricht.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [verweerster] tegen de vonnissen van de kantonrechter van 22 augustus 2012 en 13 februari 2013. De procedure betreft een vordering van [eiser sub 1], die inmiddels failliet is verklaard en waarvan de liquidatie is voltooid. De vraag die voorligt is of [verweerster] ontvankelijk is in haar vordering tegen [eiser sub 1], nu deze vennootschap inmiddels is ontbonden. Het hof oordeelt dat de procedure tegen [eiser sub 1] kan worden voortgezet, omdat deze is aangevangen vóór de ontbinding van de vennootschap. Het hof wijst de incidentele vordering van [eiser sub 2] en [eiser sub 3] af en veroordeelt hen in de kosten van het incident. De zaak wordt verwezen naar de rol van 7 januari 2014 voor memorie van grieven. Dit arrest is uitgesproken op 10 december 2013 door de meervoudige burgerlijke kamer van het Gerechtshof Amsterdam.