In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 1 mei 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder veroordeeld voor diefstal van een fiets, gepleegd op 22 augustus 2013. De verdachte had een (merkloze) omafiets, toebehorende aan een ander, weggenomen uit een parkeergarage aan de Boomklokstraat in Amsterdam. Het hof heeft het bewijs beoordeeld, waaronder camerabeelden die de verdachte tonen terwijl hij de garage driemaal betrad en de fiets van de aangever meenam. De verdediging voerde aan dat de aangever geen eigenaar was van de fiets, maar dit werd door het hof verworpen. Het hof oordeelde dat de verdachte niet aannemelijk had gemaakt dat hij de eigenaar van de fiets was en dat er geen omstandigheden waren die de strafbaarheid uitsloten. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie weken, en het hof heeft deze straf bevestigd, waarbij het de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan in overweging nam. De vordering van de benadeelde partij werd afgewezen, omdat de aangever slechts gebruiker van de fiets was en geen eigenaar. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie weken.