Uitspraak
18 februari 2014
mr. J.A. van Gemerente [vestigingsplaats].
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 februari 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de appellant, die op 10 september 2010 was gestart. De rechtbank Amsterdam had op 18 december 2013 de schuldsaneringsregeling beëindigd zonder de appellant de zogenoemde schone lei te verlenen. De appellant, bijgestaan door zijn advocaat mr. J.A. van Gemeren, heeft in hoger beroep verzocht om vernietiging van dit vonnis en alsnog een schone lei te verkrijgen, dan wel om verlenging van de schuldsaneringsregeling.
Tijdens de zitting op 11 februari 2014 heeft de appellant zijn standpunten toegelicht. Hij betwistte dat hij tekort was geschoten in zijn informatieverplichting en stelde dat hij de ontbrekende inkomensspecificaties inmiddels had overgelegd. De bewindvoerder, mevrouw [Y.], bevestigde dat de appellant na de zitting in eerste aanleg de ontbrekende informatie had verstrekt, maar stelde ook dat de appellant niet tijdig en uit eigener beweging had geïnformeerd over zijn inkomsten uit werkzaamheden bij restaurant [X.].
Het hof heeft vastgesteld dat de appellant verwijtbaar tekort is geschoten in zijn verplichtingen onder de schuldsaneringsregeling. Het hof oordeelde dat de appellant niet tijdig de benodigde informatie aan de bewindvoerder had verstrekt, wat een ernstige tekortkoming is. De omstandigheid dat de appellant later alsnog informatie heeft verstrekt, leidde niet tot een ander oordeel. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, waarbij de schuldsaneringsregeling zonder schone lei werd beëindigd, en oordeelde dat een verlenging van de regeling niet aan de orde was. De beslissing van het hof is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot cassatie binnen acht dagen na de uitspraak.