In deze zaak heeft klaagster een klacht ingediend tegen notaris [notaris] wegens vermeend onzorgvuldig en onvolledig handelen bij het opstellen van de boedelbeschrijving van de nalatenschap van haar moeder, die op 19 januari 2007 is overleden. Klaagster stelt dat de notaris zijn werkzaamheden niet naar behoren heeft uitgevoerd en dat hij geen rekening heeft gehouden met belangrijke documenten en informatie die zij had verstrekt. De klacht is behandeld door de Kamer van Toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen in het arrondissement Utrecht, die op 25 februari 2013 de klacht ongegrond verklaarde. Klaagster heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof Amsterdam.
Het hof heeft de zaak op 7 november 2013 behandeld, waarbij zowel klaagster als de notaris aanwezig waren. Klaagster heeft haar standpunt toegelicht aan de hand van een pleitnota, terwijl de notaris zijn verweer heeft gepresenteerd. Het hof heeft de stukken van het geding en de feiten zoals vastgesteld door de Kamer van Toezicht in overweging genomen. Klaagster heeft de notaris verweten dat hij niet alle relevante onderzoeken heeft verricht en dat hij partijdig zou zijn geweest in zijn handelen.
Het hof heeft geoordeeld dat de notaris zijn opdracht naar behoren heeft uitgevoerd en dat de door klaagster gewenste onderzoeken buiten het kader van de boedelbeschrijving vallen. Het hof heeft de beslissing van de Kamer van Toezicht bevestigd en de klacht van klaagster in al haar onderdelen ongegrond verklaard. De notaris heeft blijk gegeven van een goed gedocumenteerd onderzoek en er is geen bewijs geleverd dat de notaris onzorgvuldig heeft gehandeld of partijdig is geweest. De klacht is derhalve ongegrond verklaard.