ECLI:NL:GHAMS:2014:3151
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- M. Wigleven
- M.M.A. Gerritzen - Gunst
- M. Perfors
- Rechtspraak.nl
Ontheffing gezag moeder over kinderen na ernstige zorgen om opvoedingssituatie en seksueel misbruik
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 5 augustus 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontheffing van het gezag van de moeder over haar kinderen, [kind A] en [kind B]. De moeder was in hoger beroep gekomen van een beschikking van de rechtbank Amsterdam, waarin het verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming om haar te ontheffen van het gezag was toegewezen. De moeder had eerder een relatie met de heer [G], die op 11 april 2014 door de rechtbank was veroordeeld voor ontuchtige handelingen met [kind A]. De kinderen waren sinds 2010 onder toezicht gesteld en in 2012 uit huis geplaatst vanwege zorgen over hun opvoedingssituatie en vermoedens van seksueel misbruik.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de moeder betoogd dat zij in staat is om voor haar kinderen te zorgen en dat de Raad onzorgvuldig heeft gehandeld. Het hof heeft echter geoordeeld dat de Raad voldoende zorgvuldig onderzoek heeft gedaan en dat de moeder niet in staat is gebleken om een veilige en voorspelbare opvoedomgeving te bieden. Het hof heeft vastgesteld dat de kinderen ernstige problemen vertonen als gevolg van hun thuissituatie en dat de moeder onvoldoende inzicht heeft in hun behoeften.
Het hof heeft geconcludeerd dat de belangen van de kinderen zich niet verzetten tegen de ontheffing van het gezag van de moeder. De moeder's verzoek om een nader onderzoek te gelasten is afgewezen, omdat het hof van oordeel was dat er al voldoende onderzoek was gedaan en dat verdere vertraging niet in het belang van de kinderen zou zijn. De bestreden beschikking is bekrachtigd, waarmee de ontheffing van het gezag over [kind A] en [kind B] is bevestigd.