ECLI:NL:GHAMS:2014:3934
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- H.E. Kostense
- E.G. van der Laan
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aanmaningskosten waterschapsbelasting en verzoek om kwijtschelding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 september 2014 uitspraak gedaan in het hoger beroep van belanghebbende, [X], tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft de aanmaningskosten die in rekening zijn gebracht door de invorderingsambtenaar van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Belanghebbende was in gebreke gebleven met de betaling van een aanslag waterschapsbelasting voor het jaar 2012, die op 31 januari 2012 was opgelegd. De aanslag bestond uit een zuiveringsheffing en een watersysteemheffing, met een totaalbedrag van € 135,88. Na het verzenden van een aanmaning op 31 mei 2012, waarin € 7 aan aanmaningskosten in rekening werd gebracht, heeft belanghebbende bezwaar gemaakt. Dit bezwaar werd door de invorderingsambtenaar ongegrond verklaard, en de rechtbank bevestigde deze beslissing in haar uitspraak van 24 oktober 2013.
In hoger beroep heeft belanghebbende betoogd dat de aanmaningskosten onterecht zijn opgelegd en dat de rechtbank ten onrechte zijn verzoek om een conclusie van repliek heeft afgewezen. Daarnaast heeft hij verzocht om vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn. Het Hof oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat belanghebbende in gebreke was gebleven, aangezien hij de aanslag niet tijdig had betaald en geen verzoek om kwijtschelding had ingediend. Het Hof bevestigde de beslissing van de rechtbank en wees het verzoek om schadevergoeding af, omdat er geen sprake was van een overschrijding van de redelijke termijn. De uitspraak van het Hof is openbaar uitgesproken en belanghebbende kan binnen zes weken beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad.