ECLI:NL:GHAMS:2014:3971
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over voorlopige voorziening doorbetaling loon en re-integratie in Nederland na tewerkstelling in Suriname
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de besloten vennootschap MNO VERVAT-WEGEN B.V. tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft een voorlopige voorziening voor de doorbetaling van loon aan [geïntimeerde], die in Suriname werkzaam was. De arbeidsovereenkomst tussen partijen was voor onbepaalde tijd, maar MNO stelde dat [geïntimeerde] na een periode van drie jaar in Suriname terug naar Nederland moest komen. Het hof oordeelt dat er geen concrete einddatum was afgesproken voor de werkzaamheden in Suriname en dat MNO niet aannemelijk heeft gemaakt dat re-integratie in Nederland noodzakelijk was. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter, die had geoordeeld dat MNO het loon van [geïntimeerde] moest doorbetalen. MNO had niet voldoende onderbouwd dat [geïntimeerde] zijn genezing had vertraagd door in Suriname te blijven. Het hof concludeert dat MNO geen recht had om de loonbetalingen stop te zetten en wijst de vordering van MNO tot terugbetaling van eerder betaalde bedragen af. MNO wordt veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.