In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de besloten vennootschap Euromedic Investments BV tegen de rechtspersoon K.D. Group Ltd. Het Gerechtshof Amsterdam behandelt de rechtsgeldigheid van de uitoefening van een putoptie door K.D. Group en de gevolgen daarvan voor de overdracht van aandelen. In eerste aanleg heeft de voorzieningenrechter Euromedic veroordeeld tot betaling van € 1 miljoen aan K.D. Group, onder de voorwaarde dat dit bedrag op een geblokkeerde rekening wordt gestort, en heeft hij Euromedic verplicht om mee te werken aan de overdracht van de aandelen van K.D. aan Euromedic. Euromedic heeft tegen deze uitspraak tien grieven ingediend, waarbij zij onder andere aanvoert dat er geen spoedeisend belang was voor de vorderingen van K.D. Het hof oordeelt dat de voorzieningenrechter ten onrechte de vorderingen van K.D. heeft toegewezen, omdat het spoedeisend belang ontbreekt. Het hof vernietigt het vonnis van de voorzieningenrechter en wijst de vorderingen van beide partijen af. Tevens compenseert het hof de proceskosten in beide instanties, zodat beide partijen hun eigen kosten dragen.