Uitspraak
STICHTING YMERE,
mr. M. Stokviste Haarlem,
1.[GEÏNTIMEERDE SUB 1]
[GEÏNTIMEERDE SUB 2],
mr. M.A.M. Euvermante Amsterdam.
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
principaal beroepkomt Ymere met één grief op tegen de gedeeltelijke toewijzing van de vorderingen van [geïntimeerde sub 1] en [geïntimeerde sub 2], zoals hierboven samengevat. In het
incidenteel beroepkomen [geïntimeerde sub 1] en [geïntimeerde sub 2] met drie grieven op tegen de gedeeltelijke afwijzing van hun vorderingen, eveneens zoals hierboven samengevat. In hoger beroep liggen daardoor de onder 3.9 genoemde vorderingen in hun geheel opnieuw ter beoordeling voor.
grief 1 in het incidenteel beroepbetogen [geïntimeerde sub 1] en [geïntimeerde sub 2] dat partijen, anders dan door de rechtbank aangenomen, zijn overeengekomen de loop van de grens tussen de betrokken percelen te doen vaststellen door het Kadaster en zich aan deze grensbepaling – die, zoals onder 3.4 beschreven, ook heeft plaatsgevonden – te zullen houden. Bij de beoordeling van de grief staat voorop dat het antwoord op de vraag of tussen partijen een overeenkomst met een bepaalde inhoud is tot stand gekomen, afhankelijk is van hetgeen partijen over en weer hebben verklaard en uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en van de zin die zij daaraan in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs mochten toekennen. Bij de toepassing van deze maatstaf is het volgende van belang.
grief 1 in het incidenteel beroepslaagt. De
grieven 2 en 3 in het incidenteel beroepbehoeven bij gebrek aan belang geen bespreking. Uit het slagen van eerstbedoelde grief en hetgeen daartoe hierboven is overwogen, volgt dat de
grief in het principaal beroepniet tot de vernietiging van het bestreden vonnis kan leiden en dus faalt. Ymere heeft in eerste aanleg en in hoger beroep geen – voldoende concrete – feiten gesteld en te bewijzen aangeboden die, indien bewezen, kunnen leiden tot andere oordelen dan hierboven gegeven. Aan haar (herhaalde) bewijsaanbiedingen komt daarom geen betekenis toe voor de beslissing van de zaak, zodat die aanbiedingen, als niet ter zake dienend, worden gepasseerd.