Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het verloop van het geding in hoger beroep
2.De feiten
3.De beoordeling
Artikel 11 relatiebeding
grief I in het principale appelfaalt.
grief II tot en met grief VI in het principale appeleveneens tevergeefs zijn voorgesteld.
grief VII en grief VIII in het principale appelalsmede
grief 1 en grief 2 in het incidentele appelmoeten worden verworpen. Voor zover [geïntimeerde] heeft gesteld dat Cetrac hem een vergoeding moet toekennen voor de duur dat de beperking van het beding werkt, kan het hof [geïntimeerde] niet in dit betoog volgen, niet alleen omdat het beding ten dele is geschorst maar ook, en met name, omdat hij zijn betoog dat hij gedurende die periode geen althans onvoldoende inkomsten zou (kunnen) genereren op geen enkele wijze heeft onderbouwd. Dit betekent dat ook
grief 3 in het incidentele appelfaalt.
grief IX in het principale appeleveneens.
grief X in het principale appelalsmede
grief 1 en grief 2 in het incidentele appelzelfstandige betekenis missen en daarom het lot van de voorgaande grieven delen.