ECLI:NL:GHAMS:2015:2945
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- H.A. van den Berg
- M. Wigleven
- P.J.W.M. Sliepenbeek
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake ondertoezichtstelling van een minderjarige
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de moeder van een minderjarige, die op 3 april 2015 in hoger beroep is gekomen van een beschikking van de kinderrechter van 5 januari 2015. De moeder is belast met het gezag over de minderjarige, die in 1999 is geboren en bij haar woont. De minderjarige is eerder onder toezicht gesteld, en de kinderrechter heeft op verzoek van het Leger des Heils JZ&R (LJR) de ondertoezichtstelling verlengd tot 28 januari 2016. De moeder verzet zich tegen deze verlenging en verzoekt om niet-ontvankelijk verklaring van LJR of om de duur van de ondertoezichtstelling in te korten.
Tijdens de zitting zijn verschillende partijen verschenen, waaronder de moeder, haar advocaat, een gezinsmanager van LJR, en vertegenwoordigers van de Raad voor de Kinderbescherming en De Koppeling. Het hof heeft de situatie van de minderjarige beoordeeld, waarbij het opmerkt dat er enige positieve ontwikkelingen zijn, maar dat de zorgen omtrent haar schoolgang en de hulpverlening nog steeds aanwezig zijn. De moeder heeft hulpverlening geaccepteerd, maar er zijn zorgen over haar bereidheid om deze hulp in een vrijwillig kader voort te zetten.
Het hof concludeert dat de gronden voor de ondertoezichtstelling ten tijde van de bestreden beschikking aanwezig waren en ook thans nog aanwezig zijn. De bestreden beschikking wordt bekrachtigd, wat betekent dat de ondertoezichtstelling van de minderjarige wordt voortgezet. De uitspraak is gedaan door een collegiaal hof op 14 juli 2015.