ECLI:NL:GHAMS:2018:2881
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Omgangsregeling tussen vader en minderjarige in strijd met zwaarwegende belangen van het kind
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 7 augustus 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de omgang tussen een vader en zijn minderjarige dochter. De vader had verzocht om een omgangsregeling, maar het hof oordeelde dat de omgang in strijd was met de zwaarwegende belangen van het kind. De moeder, die als hoofdverzorger optreedt, heeft aangegeven dat zij niet in staat is om aan de omgang mee te werken, mede door haar PTSS-klachten. Het hof overweegt dat de vader niet aan zijn toezeggingen heeft voldaan, wat het vertrouwen van de moeder in hem ondermijnt. De moeder heeft ook aangegeven dat de vader psychologische hulp moet zoeken om inzicht te krijgen in zijn gedrag en de gevolgen daarvan voor de moeder en het kind. Het hof concludeert dat de huidige situatie niet veilig is voor de minderjarige en dat omgang op dit moment niet in haar belang is. De vader kan in de toekomst opnieuw een verzoek indienen als de omstandigheden veranderen. De beschikking van de rechtbank Noord-Holland is bekrachtigd, en het voorwaardelijk incidenteel hoger beroep van de moeder behoeft geen behandeling meer.