ECLI:NL:GHAMS:2018:4872

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 december 2018
Publicatiedatum
7 januari 2019
Zaaknummer
23-003747-17
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van de oproeping in hoger beroep wegens onregelmatige betekening

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 4 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een verdachte die niet gedetineerd is en wiens woon- of verblijfplaats in Nederland onbekend is. De verdachte had een adres opgegeven in een verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis, maar de oproeping voor de terechtzitting in hoger beroep is niet op de juiste wijze betekend volgens de voorschriften van het Wetboek van Strafvordering. Het hof heeft vastgesteld dat de betekening van de oproeping niet heeft plaatsgevonden zoals vereist, waardoor de oproeping nietig verklaard moest worden. De uitspraak volgt op het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 1 maart 2018 en 20 november 2018, waarbij het hof kennis heeft genomen van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de gemachtigd raadsvrouw. Het hof heeft geconcludeerd dat de verdachte niet op de juiste wijze was opgeroepen en dat dit leidt tot de nietigheid van de oproeping. De beslissing van het hof is dat de oproeping in hoger beroep nietig wordt verklaard.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003747-17
datum uitspraak: 4 december 2018
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsvrouw
)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 18 oktober 2017 in de strafzaak onder parketnummer 13-702656-17 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
Thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande,

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 1 maart 2018 en 20 november 2018 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de gemachtigd raadsvrouw naar voren is gebracht.

Geldigheid van de oproeping in hoger beroep

Gebleken is dat de betekening van de oproeping aan de verdachte om op de terechtzitting van heden te verschijnen niet heeft plaatsgevonden overeenkomstig de voorschriften van artikel 588, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.
De verdachte is niet gedetineerd, staat niet als ingezetene ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens en van haar is geen woon- of verblijfplaats in Nederland bekend. In het op 5 december 2017 ter terechtzitting in hoger beroep behandelde verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis heeft de verdachte het volgende adres opgegeven: [adres]. De verdachte heeft ter staving van deze opgave een in het [taal] gestelde huurovereenkomst van [datum] overgelegd. Het hof merkt dit adres aan als een adres in de zin van artikel 588, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.
Niet is gebleken dat uitreiking van de oproeping in hoger beroep op het laatstgenoemde adres in [adres] heeft plaatsgevonden.
Nu uit het voorgaande volgt dat de oproeping om in hoger beroep op de terechtzitting te verschijnen niet op de bij de wet voorgeschreven wijze aan de verdachte is betekend dient deze – nu de verdachte niet ter terechtzitting is verschenen – nietig te worden verklaard.

Beslissing

Het hof:
Verklaart de oproeping in hoger beroep nietig.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. G. Oldekamp, mr. F.M.D. Aardema en mr. M.L.M. van der Voet, in tegenwoordigheid van D. de Jong, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 4 december 2018.
=========================================================================
proces-verbaal uitspraak
_______________________________________________________________ _ _
GERECHTSHOF AMSTERDAM
Afdeling strafrecht
Parketnummer: 23-003747-17
Proces-verbaal van de in het openbaar gehouden terechtzitting van dit gerechtshof, op 4 december 2018.
Tegenwoordig zijn:
mr. M.L.M. van der Voet, raadsheer,
mr. M.A.T. van Willigen, griffier.
Het openbaar ministerie wordt vertegenwoordigd door mr. M.C.A. Bakker, advocaat-generaal.
De raadsheer doet de zaak tegen de verdachte [verdachte] uitroepen.
De verdachte is
wel / nietin de zaal van de terechtzitting aanwezig.
Raadsman/raadsvrouw is
wel / nietaanwezig.
(zo ja:) naam raadsman/raadsvrouw en plaats:
Tolk is
wel / nietaanwezig. (zo ja:) naam tolk en taal:
De raadsheer spreekt het arrest uit.
De raadsheer geeft de verdachte kennis, dat daartegen binnen 14 dagen na heden beroep in cassatie kan worden ingesteld.
(indien de VTE is verschenen)
De verdachte heeft
wel / geenafstand gedaan van recht aanwezig te zijn bij de uitspraak.
(indien VTE is gedetineerd)
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de raadsheer en de griffier is vastgesteld en ondertekend.