In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 4 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1975, was beschuldigd van diefstal van vier flesjes parfum op 10 oktober 2017 in Amsterdam. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en het bewezen verklaarde als diefstal gekwalificeerd. De verdachte werd eerder veroordeeld voor soortgelijke feiten, maar het hof heeft rekening gehouden met positieve ontwikkelingen in zijn leven, waaronder zijn openstelling voor hulpverlening en zijn inspanningen om zijn verslavingsproblematiek aan te pakken. Het hof heeft besloten om een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen van één maand, met een proeftijd van twee jaar, zonder bijzondere voorwaarden. De vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf werd afgewezen, omdat het hof van mening was dat een hernieuwde vrijheidsbeneming de positieve wending in het leven van de verdachte zou doorkruisen. De beslissing is genomen met inachtneming van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan, evenals de persoonlijke situatie van de verdachte.