In deze zaak heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam op 16 november 2020 een beschikking gegeven in het geschil tussen [A], verzoeker, en Investpharma B.V., verweerster, met [B] en [C] als belanghebbenden. [A] verzocht om een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Investpharma, evenals de benoeming van een derde als bestuurder. De Ondernemingskamer oordeelde dat er gegronde redenen zijn voor twijfel aan een juist beleid en gang van zaken binnen Investpharma, vooral gezien de impasse in de besluitvorming en het gebrek aan een bestuur sinds het vertrek van Duma Corporate Services B.V. als bestuurder. De Ondernemingskamer heeft besloten een onderzoek te bevelen over de periode vanaf 1 januari 2018 en heeft mr. W.L. Meijer benoemd als bestuurder van Investpharma. Tevens is bepaald dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van Investpharma. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
De zaak heeft zijn oorsprong in een conflict binnen de familie Sarzaud, waarbij [A] als aandeelhouder van Investpharma betrokken is. De Ondernemingskamer heeft vastgesteld dat de verhoudingen tussen de aandeelhouders verstoord zijn, wat heeft geleid tot een patstelling in de besluitvorming. Dit heeft negatieve gevolgen voor de vennootschap, die sinds eind 2019 zonder bestuur zit. De Ondernemingskamer heeft de noodzaak van een onafhankelijk onderzoek en de benoeming van een nieuwe bestuurder benadrukt om de governance van Investpharma te herstellen en de belangen van alle aandeelhouders te waarborgen.