ECLI:NL:GHAMS:2021:2417
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Gezamenlijk gezag over minderjarige na scheiding van ouders met problematische relatie
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 3 augustus 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over het gezamenlijk gezag van een minderjarige dochter, geboren uit een verbroken relatie tussen de vrouw en de man. De vrouw, die eerder alleen het gezag uitoefende, verzet zich tegen de beslissing van de rechtbank om het gezag gezamenlijk te maken, omdat zij vreest voor de veiligheid van haar en haar dochter door de problematische relatie met de man, die in het verleden bedreigingen en mishandelingen heeft gepleegd. De man daarentegen stelt dat hij recht heeft op een gelijkwaardige positie en dat de communicatie tussen hen is verbeterd sinds de betrokkenheid van de Jeugdbescherming. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen, inclusief de adviezen van de Raad voor de Kinderbescherming en de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Regio Amsterdam. Het hof concludeert dat er geen onaanvaardbaar risico is dat de minderjarige klem of verloren raakt tussen de ouders en dat de ouders in staat zijn om gezamenlijk beslissingen te nemen over hun dochter. Daarom bekrachtigt het hof de beschikking van de rechtbank en stelt het gezamenlijk gezag vast.