ECLI:NL:GHAMS:2022:1501
Gerechtshof Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek in artikel 12 Sv-procedure met betrekking tot vermeende vooringenomenheid van rechters
In deze zaak heeft verzoeker op 13 maart 2022 een wrakingsverzoek ingediend tegen de rechters mr. P.F.E. Geerlings, mr. N. van der Wijngaart en mr. D. Radder, die betrokken waren bij de behandeling van zijn klaagschrift in een artikel 12 Sv-procedure. Het wrakingsverzoek werd behandeld op 13 april 2022, waarbij verzoeker zijn gronden nader toelichtte. De advocaat-generaal, mr. W.H.J. Freijssen, concludeerde tot afwijzing van het verzoek. De wrakingskamer heeft op 11 mei 2022 uitspraak gedaan, waarbij het verzoek tot wraking werd afgewezen. De wrakingskamer oordeelde dat de aangevoerde gronden voor wraking niet konden leiden tot gegrondverklaring. De rechters werden geacht onpartijdig te zijn, en de procedure was in overeenstemming met de wettelijke vereisten. De wrakingskamer benadrukte dat de vrees voor partijdigheid van de rechter objectief gerechtvaardigd moet zijn, wat in dit geval niet het geval was. De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd gemotiveerd door de afwezigheid van zwaarwegende aanwijzingen voor vooringenomenheid van de rechters.