2.1.De rechtbank heeft de volgende feiten vastgesteld (in de uitspraak van de rechtbank worden belanghebbende en de inspecteur aangeduid als ‘eiseres’ respectievelijk ‘verweerder’):
“1. [A ] B.V., gevestigd te [plaats A] , heeft in naam en voor rekening van de rechtsvoorgangster van eiseres (hierna: [B] ) op 4 november 2013 en 4 december 2013 aangifte gedaan tot plaatsing van goederen onder de douaneregeling ‘in het vrije verkeer brengen’ (hierna: aangiften) van twee maal 728 stuks zonnepanelen (aangegeven onder Taric-code 8541 4090 29) met vermelding van de oorsprong Taiwan. Zij zijn vervoerd op twee maal 28 pallets in twee containers (met nummers MRKU0653781 en DFSU4322009) en hebben een brutogewicht van in totaal 30.800 kg en een nettogewicht van in totaal 29.680 kg. Bij de aangifte met nummer eindigend op 259072 is een Certificaat van Oorsprong (hierna: CvO) overgelegd, afgegeven door de New Taipei City Chamber of Commerce met nummer ED13FA10330 voor 28 pallets met 728 stuks zonnepanelen met vermelding van [C] Co . Ltd. (hierna: [C] ) als exporteur en [B] als importeur. Blijkens de invoices van 17 en 26 september 2013 heeft [C] aan [B] twee maal 728 stuks Solar modules van het type P245-S 245W poly verkocht voor twee maal € 84.721,00.
De Bill of Lading van Maersk Line is opgemaakt voor 28 pallets solar modules met een brutogewicht van 15.400 kg in container MRKU0653781.
De Bill of Lading van [D] Co . LTD. is opgemaakt voor 28 pallets solar modules met een totaal brutogewicht van 15.400 kg in container DFSU4322009.
2. Van 15 november 2014 tot 22 november 2014 heeft OLAF, het antifraudebureau van de Europese Commissie, in samenwerking met de Taiwanese Customs Department of Investigation (DOI) en het Bureau of Foreign Trade (BOFT) een missie uitgevoerd in Taiwan. Deze missie betrof een onderzoek naar de oorsprong van zonnepanelen die in de Europese Unie (hierna: EU) werden ingevoerd vanuit Taiwan. De bevindingen van OLAF zijn vastgelegd in het missierapport van 21 april 2015 met registratienummer THOR (2015) 13770 (hierna: het OLAF-rapport). Aanleiding voor het onderzoek van OLAF was het bestaan van het vermoeden dat ter ontduiking van de antidumpingrechten en compenserende rechten zonnepanelen uit China via Taiwan (doorvoer) in de EU werden ingevoerd.
Het Taiwanese Bureau of Foreign Trade en de Taiwanese douaneautoriteiten hebben verklaard dat invoer in Taiwan van zonnepanelen uit China verboden is en dat Chinese zonnepanelen in Taiwan alleen tijdelijk mogen worden opgeslagen in een Free Trade Zone (hierna: FTZ), alwaar geen enkele be- of verwerking is toegestaan. Invoer in een FTZ vindt plaats met een aangifte F1, uitvoer uit een FTZ vindt plaats met een aangifte F5. In de uitvoeraangiften moet het referentienummer van de invoeraangiften worden vermeld, waardoor uitvoer uit de FTZ kan worden gekoppeld aan voorafgaande invoer in de FTZ.
3. In Annex 3 bij het OLAF-rapport is onder meer vermeld dat op 1 en 14 oktober 2013 in de FTZ exportaangiften F5 zijn gedaan voor de uitvoer van twee containers met solar modules naar Nederland. De Taiwanese exporteur is [C] en de koper is [B] . Deze uitvoeraangiften zijn gekoppeld aan invoeraangiftes F1 van 27 september en 11 oktober 2013 voor de invoer van twee containers met solar modules met CN als opgegeven land van oorsprong. Annex 3 houdt dienaangaande in:
Date of export declaration
Customs regime
quantity
Weight
(KGM)
Container number
Date of import declaration
Customs regime
quantity
Weight
(KMG)
Container numbers
20131001
F5
728
14840
MRKU0653781
20130927
F1
728
14840
WGSU8401663
20131014
F5
728
14840
DFSU4322009
20131011
F1
728
148400
MAGU5263010
Naar aanleiding van deze gegevens heeft verweerder de onderhavige utb uitgereikt aan [B] .”