ECLI:NL:GHAMS:2022:3943
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens gebrek aan grieven
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 17 augustus 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1990, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 12 mei 2022, maar heeft geen schriftelijke grieven ingediend en ook geen mondelinge bezwaren geuit. Tijdens de zitting op 17 augustus 2022 heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die vroeg om de niet-ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang is dat zou pleiten voor verder onderzoek van de zaak. Gezien het ontbreken van grieven en bezwaren heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep, conform artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering. De beslissing is genomen door de enkelvoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam en is op dezelfde dag openbaar uitgesproken.