Op 9 februari 2022 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 27 augustus 2021 was gewezen. De zaak betreft een verdachte die op 19 augustus 2020 in Amsterdam een overtreding heeft begaan van artikel 107, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een taakstraf van 30 uren en 15 dagen hechtenis. Daarnaast is de verdachte veroordeeld tot 4 weken hechtenis, die niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van een proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit. De verdachte en de advocaat-generaal hebben ter terechtzitting afstand gedaan van het recht om beroep in cassatie in te stellen.