ECLI:NL:GHAMS:2022:821

• Datum uitspraak: 16 maart 2022
• Publicatiedatum: 18 maart 2022
• Zaaknummer: 23-002296-21
• Instantie: Gerechtshof Amsterdam
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Strafrecht
• Procedures: Hoger beroep
• Rechters: H.A. van Eijk; N.M. Simons
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake diefstal door twee of meer verenigde personen met gevangenisstraf

Op 16 maart 2022 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 10 augustus 2021 was gewezen. De zaak betreft een verdachte die op 29 juli 2021 in Amsterdam betrokken was bij diefstal door twee of meer verenigde personen. Het hof heeft het vonnis van de eerste aanleg vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie weken, met aftrek van het voorarrest. Dit betekent dat de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, in mindering zal worden gebracht op de opgelegde straf, voor zover deze tijd niet al op een andere straf in mindering is gebracht. De relevante artikelen uit het Wetboek van Strafrecht die van toepassing zijn, zijn artikelen 63 en 311. De uitspraak is gedaan in verstek, wat betekent dat de verdachte niet aanwezig was tijdens de zitting.

Uitspraak

afdeling strafrecht

parketnummer eerste aanleg : 13-203300-21

parketnummer hoger beroep : 23-002296-21

VERSTEK

Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 16 maart 2022 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 10 augustus 2021 in de zaak tegen de verdachte:

naam: [verdachte]

voornamen: [verdachte]

geboren: op [geboortedag] 1977 te [geboorteplaats]

adres: [adres].

Kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:

diefstal door twee of meer verenigde personen.

Gepleegd op 29 juli 2021 te Amsterdam.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De artikelen 63 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:

Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.

Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van
3 (drie) weken .

Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.

Gewezen door mr. H.A. van Eijk, in bijzijn van mr. N.M. Simons, griffier.

mr. H.A. van Eijk