ECLI:NL:GHAMS:2024:1207
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vernietiging vonnis en vrijspraak in hoger beroep van mishandeling ex-partner
Op 4 april 2024 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 3 oktober 2023 was gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1992, die beschuldigd werd van mishandeling van zijn ex-partner op 6 juni 2021 te Zwaag. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen het eerdere vonnis. Tijdens de zitting heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die vrijspraak heeft gevraagd, en van de verdediging van de verdachte.
De tenlastelegging omvatte verschillende vormen van mishandeling, waaronder het vastpakken van de arm(en) van de aangeefster en het schoppen, trappen, slaan of stompen. Het hof heeft vastgesteld dat er geen wettig en overtuigend bewijs is voor de beschuldigingen. Belangrijke overwegingen hierbij waren dat de aangeefster pas na vijf maanden aangifte heeft gedaan, dat er geen andere getuigen waren op het moment van de vermeende mishandeling, en dat de verdachte vanaf het begin heeft ontkend de aangeefster te hebben mishandeld.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle tenlastegelegde feiten. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden. De uitspraak is gedaan in het openbaar op 4 april 2024.