Uitspraak
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
10 (tien) weken.
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gerechtshof Amsterdam
Op 1 juli 2024 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, gewezen op 24 november 2023. De zaak betreft een verdachte die is veroordeeld voor het rijden met een ongeldig verklaard rijbewijs, wat een overtreding is van artikel 9, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd ten aanzien van de opgelegde straf en heeft in zoverre opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 10 weken, met een proeftijd van 3 jaren. Dit betekent dat de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit.
De beslissing van het hof houdt in dat het vonnis waarvan beroep voor het overige wordt bevestigd, met inachtneming van de overwegingen die in de uitspraak zijn opgenomen. De verdachte en de advocaat-generaal hebben ter terechtzitting afstand gedaan van het recht om beroep in cassatie in te stellen. De relevante wettelijke voorschriften die zijn toegepast in deze zaak zijn onder andere de artikelen 14a, 14b, 14c, 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht, evenals de artikelen 9 en 176 van de Wegenverkeerswet 1994.