Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij in of omstreeks de periode van 22 maart 2013 tot en met 23 maart 2013 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en) van (in totaal) (ongeveer 48500), in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
hij op of omstreeks 1 juli 2013 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk (een of meer) (347 en/of 346) bankbiljet(ten) van 500 euro dat/die verdachte en/of zijn mededaders zelf had(den) nagemaakt of vervalst of waarvan de vervalsheid of vervalsing verdachte en/of zijn mededaders, toen hij dat/die bankbiljet(ten) ontving(en), bekend was, met het oogmerk om dat/die bankbiljet(ten) als echt en onvervalst uit te geven of te doen uitgeven, in voorraad heeft gehad;
hij in of omstreeks 22 maart 2013 tot en met 23 maart 2013 te Amsterdam in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk (een of meer) (97) als echt(e) en onvervalst(e) bankbiljet(ten) van 500 euro, dat/die verdachte en/of zijn mededaders zelf had(den) nagemaakt of vervalst of waarvan de valsheid of vervalsing verdacht en/of zijn mededaders, toen hij dat/die bankbiljet(ten) ontving(en), bekend was, heeft uitgegeven.
Vonnis waarvan beroep
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in de vervolging
Bewijsoverweging
Bewezenverklaring
hij in de periode van 22 maart 2013 tot en met 23 maart 2013 te Amsterdam tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen door een listige kunstgreep en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van een geldbedrag van 48.500,00 euro, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
hij op 1 juli 2013 in Nederland opzettelijk 346 bankbiljetten van 500,00 euro, waarvan de valsheid verdachte, toen hij die bankbiljetten ontving, bekend was, met het oogmerk om die bankbiljetten als echt en onvervalst uit te geven of te doen uitgeven, in voorraad heeft gehad;
hij of 23 maart 2013 te Amsterdam opzettelijk 97 als echte en onvervalste bankbiljetten van 500,00 euro, waarvan de valsheid verdachte, toen hij die bankbiljetten ontving, bekend was, heeft uitgegeven.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
180 (honderdtachtig) dagen.
135 (honderdvijfendertig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
€ 48.500,00 (achtenveertigduizend vijfhonderd euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.