ECLI:NL:GHAMS:2024:925

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 maart 2024
Publicatiedatum
15 april 2024
Zaaknummer
23-002594-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van een vonnis in hoger beroep met correctie van zinsdelen met betrekking tot de rol van de verdachte binnen een organisatie

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 maart 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam, dat op 12 september 2023 was gewezen. De verdachte, geboren in 1984 en thans gedetineerd, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis waarin hij werd beschuldigd van een leidende rol binnen een criminele organisatie. Tijdens de zitting op 13 maart 2024 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en zijn raadsman gehoord. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, maar met een belangrijke nuance: het hof heeft de bewoordingen in het vonnis gecorrigeerd. In plaats van te stellen dat de verdachte een 'leidende en sturende rol' had, leest het hof dit als een 'belangrijke rol' binnen de organisatie. Deze correctie is van belang voor de interpretatie van de rol van de verdachte in de strafzaak. De beslissing van het hof is genomen door de meervoudige strafkamer, en de uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. A.C. Vermeijden.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002594-23
datum uitspraak: 27 maart 2024
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 12 september 2023 in de strafzaak onder parketnummer 13-069072-23 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1984,
thans gedetineerd in [detentieadres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
13 maart 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en de raadsman naar voren hebben gebracht.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen met dien verstande dat het hof tweemaal een zinsdeel in het vonnis verbeterd leest. Op bladzijde dertien en op bladzijde zestien van het vonnis staat geschreven dat de verdachte een ‘leidende en sturende rol’ had binnen de organisatie. Het hof leest dit verbeterd in die zin dat de verdachte een ‘belangrijke rol’ binnen de organisatie had.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. R. Kuiper, mr. N. van der Wijngaart en mr. N.E. Kwak, in tegenwoordigheid van
mr. A.C. Vermeijden, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 27 maart 2024.