Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[appellant sub 1] V.O.F.,
2. [appellant sub 2] ,
3. [appellant sub 3] ,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
- € 15.904,00, althans € 11.984,00, althans € 1.424,00 voor zover het beroep op verrekening wordt gehonoreerd;
- dan wel € 19.600,00, althans € 15.680,00, althans € 5.120,00 als het beroep op verrekening niet wordt gehonoreerd,
3.Feiten
Samengevat en waar nodig aangevuld met andere feiten, komen de feiten neer op het volgende.
Als bijlage vindt u onze raamovereenkomst + werkopdrachten voor project 95 woningen [A-straat] te [plaats B] (…)’
Artikel 11 Overige verplichtingen van Inlener
Hebben we vandaag de inleencontracten retour?’
4.Eerste aanleg
€ 3.696,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 september 2022 tot aan de dag van volledige betaling en tot betaling van € 494,60 aan buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 januari 2023 tot aan de dag van volledige betaling en heeft de vorderingen van [appellanten c.s ] . in reconventie afgewezen, met hoofdelijke veroordeling van [appellanten c.s ] . in de kosten in conventie en reconventie en de nakosten.
5.Beoordeling
Als we die WhatsAppjes doornemen, dan lijkt het erop dat dit project kennelijk een marge van € 2,50 had. Dat is ook de marge die mijn advocaat in zijn pleitnota aanhoudt.’ De advocaat van [appellanten c.s ] . heeft dit bedrag in zijn pleitnota voor de mondelinge behandeling als subsidiair bedrag genoemd en in zijn akte na de zitting er ook nog op gewezen dat dit niet zijn primaire, maar subsidiaire standpunt is. Het hof ziet echter geen enkele onderbouwing dat de marge hoger is dan € 2,50 per uur. De marge van € 2,50 per manuur heeft [X] zelf ook genoemd als mogelijkheid en daarmee heeft zij die marge dus niet (gemotiveerd) betwist.
€ 74,40 vanaf die dag tot de voldoening verschuldigd is.