ECLI:NL:GHAMS:2025:2067

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
11 juli 2025
Publicatiedatum
4 augustus 2025
Zaaknummer
23-002429-22
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep niet-ontvankelijkheid verdachte in strafzaak

Op 11 juli 2025 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een verdachte die in hoger beroep ging tegen een vonnis van 2 september 2022, onder parketnummer 13-216530-22. Tijdens de zitting op 11 juli 2025 heeft de verdachte aangegeven het hoger beroep niet te willen handhaven. Er is geen schriftelijke grieven ingediend en er bleek geen rechtens te respecteren belang dat nader onderzoek rechtvaardigde. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer, waarin drie rechters zitting hadden, en is op dezelfde dag openbaar uitgesproken.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002429-22
datum uitspraak: 11 juli 2025
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 2 september 2022 in de strafzaak onder parketnummer 13-216530-22 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 1992,
thans uit anderen hoofde gedetineerd in [detentieadres].
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 11 juli 2025.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot niet-ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Nu de verdachte ter terechtzitting te kennen heeft gegeven het hoger beroep niet te willen handhaven, door of namens de verdachte geen schriftuur houdende grieven is gediend en ook overigens niet is gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig nader onderzoek van de zaak, zal de verdachte gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering niet-ontvankelijk worden verklaard in het ingestelde hoger beroep.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. W.S. Ludwig, mr. L.F. Roseval, en mr. D. Abels, in tegenwoordigheid van mr. R. Bleumers, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 11 juli 2025.
Mr. W.S. Ludwig, mr. D. Abels, en mr. R. Bleumers zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.