Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.NOORDKAAP TV PRODUCTIES B.V.,
TALPA TV B.V.,
1.[geïntimeerde 1] B.V.,
[geïntimeerde 2] ,
[geïntimeerde 2] B.V.,
[geïntimeerde 3] B.V.,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
offroad campers).
off-grid) in onherbergzame gebieden de wereld over te reizen en dat de koper door gebieden zal trekken die veel van het voertuig en de opbouw vergen (
offroadterreinrijden). Namens [X] is de overeenkomst ondertekend door haar directeur [naam 2] (hierna: [naam 2] ). Zijn partner is [naam 3] (hierna: [naam 3] ).
mogelijk een interessante casus” hebben. In de e-mail staat onder meer: “
Het gaat om – denken we – een beroepsoplichter in campers”. Ook staat in de e-mail: “
Zelf zijn we ook al veel geld kwijt en zitten we al 2 jaar met deze man in een proces. Binnenkort komt een specialist van de rechtbank naar ons product kijken en dit beoordelen.”
second opinionsvan andere partijen op de markt voor (expeditie)voertuigen en de voorlopige en definitieve versie van het deskundigenrapport dat in de civiele procedure is opgesteld. Noordkaap verkreeg verder informatie dat ook anderen negatieve ervaringen hadden met [geïntimeerde 1] c.s., onder wie een klant met vergelijkbare problematiek – een truck die ongeschikt bleek voor
offroadgebruik – die met tussenkomst van een advocaat een schikking met [geïntimeerde 1] had bereikt. Daarnaast sprak Noordkaap met twee personen met wie contractuele geschillen zijn ontstaan over de koop van een truck. Een daarvan is Krausler, ook geïnterviewd in het item. Hoewel zijn verklaring in het item feitelijk onnauwkeurig blijkt en de juridische duiding van zijn probleem afwijkt, is de kern van zijn ervaring dat hij veel geld heeft betaald (€ 140.000,-) en met lege handen achterblijft. Daarmee is Krausler een voorbeeld van de klantrelaties van [geïntimeerde 1] c.s. die in conflict zijn geëindigd. Uit het onderzoek door Noordkaap is dus niet alleen gebleken dat de klachten van [naam 2] en [naam 3] over de truck terecht bleken, maar ook dat hun situatie niet op zichzelf staat en dat er verschillende incidenten zijn geweest met personen die ernstige klachten hebben over de trucks van [geïntimeerde 1] en de handelwijze van [geïntimeerde 2] . Dat is voldoende om tot het oordeel te komen dat het item een kwestie van maatschappelijk belang betreft.
off-gridgebruik in onherbergzaam gebied – voldoende steun vinden in het beschikbare feitenmateriaal. Na uitzending van het item zijn deze feitelijke beschuldigingen verder bevestigd door het inmiddels onherroepelijk geworden vonnis, waarin is vastgesteld dat de truck niet beantwoordt aan de overeenkomst.
offroadrallycoureur en een elektricien geïnterviewd die, kort gezegd, verklaren dat de truck praktisch en technisch gezien ongeschikt is voor het doel waarvoor die is verkocht:
offroadrijden. De geïnterviewden – met name [naam 2] en [naam 3] – uiten meermaals hun opvatting dat sprake is van “oplichting”. Anders dan [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] menen, wordt in het item voldoende afstand gehouden van deze beschuldiging. In uitspraken als “het stel voelt zich opgelicht” wordt hun mening weergegeven zonder de beschuldiging als vaststaand feit over te nemen. In het item wordt voldoende onderscheid gemaakt tussen feiten, beweringen en meningen. De gebruikte termen zoals “slachtoffers” en “bedrogen” zijn voorshands niet onnodig diffamerend of buitensporig in het licht van de feitelijke omstandigheden en de gangbare betekenis daarvan in het algemeen spraakgebruik. Ditzelfde geldt voor de door [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] gehekelde reconstructie en confrontatie. Het is aan de journalist om te kiezen hoe de uitlatingen worden vormgegeven en de betreffende vormen – vaste onderdelen in het programma [programma] – wekken op zichzelf bij de gemiddelde kijker niet de indruk of de suggestie dat sprake is van oplichting. De keuze om niet voorafgaand aan de confrontatie op een andere wijze een gesprek aan te gaan maar op andere wijze gelegenheid tot weerwoord te bieden, valt eveneens binnen de journalistieke vrijheid.