3.2.Coty heeft tegen Prestige een bodemprocedure bij de rechtbank Den Haag aanhangig gemaakt, omdat zij meende dat Prestige inbreuk heeft gemaakt op haar merkrechten door zonder haar toestemming via een tussenhandelaar uit Roemenië (Romscent Trading) in de Europese Unie parfumflessen in de handel te brengen en door het verzenden van een prijslijst aan Romscent Trading waarin demonstratiemodellen worden aangeboden. Bij vonnis van
15 mei 2024 heeft deze rechtbank onder meer geoordeeld dat het versturen van de prijslijst merkinbreuk opleverde, omdat uit de lijst niet blijkt dat de demonstratiemodellen worden aangeboden op uitsluitend douanestatus T1 (buiten de Europese Unie) en evenmin dat deze uitsluitend bestemd zijn voor de niet-EER-markt en niet in de EU mogen worden aangeboden of verkocht (rov. 4.12). De rechtbank heeft verder onder meer overwogen dat ‘enkel vast is komen te staan dat Prestige demonstratiemodellen heeft aan(ge)boden en niet dat dit heeft geleid tot daadwerkelijke verkoop’ (rov. 4.19). Prestige is bevolen iedere inbreuk op de merken waarvan Coty licentienemer is te staken, meer in het bijzonder door het in de Europese Unie aanbieden van demonstratiemodellen van de merken Calvin Klein, Davidoff, Burberry en Jil Sander te staken (rov. 5.1). Verder heeft de rechtbank Prestige op straffe van het verbeuren van dwangsommen bevolen (rov. 5.2):
‘uiterlijk binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis, aan de advocaat van Coty te doen toekomen een schriftelijke opgave van de volgende informatie:
a. de leverancier(s) en distributeur(s), van wie Prestige de demonstratiemodellen van Calvin Klein, Davidoff, Burberry en Jil Sander die Prestige in de EU heeft aangeboden heeft verkregen, onder mededeling van hun adres(sen), e-mail-adres(sen) en telefoonnummer(s);
b. de aan Prestige geleverde aantallen, nummers, prijzen en leverdata van de demonstratiemodellen van Calvin Klein, Davidoff, Burberry en Jil Sander die Prestige in de EU heeft aangeboden, zulks gerangschikt per leverancier of distributeur van de demonstratiemodellen, onder overlegging van kopieën van de daarop betrekking hebbende facturen;
c. al hetgeen Prestige overigens bekend is omtrent de herkomst en de distributiekanalen van de demonstratiemodellen van Calvin Klein, Davidoff, Burberry en Jil Sander die Prestige in de EU heeft aangeboden, vergezeld van alle daarop betrekking hebbende stukken, meer in het bijzonder de (volledige) namen, adressen, e-mailadressen, telefoonnummers van andere bij de verhandeling van die demonstratiemodellen betrokken (rechts-)personen, zoals de voormannen van hun leveranciers’.
Prestige is veroordeeld tot betaling aan Coty van een dwangsom van € 10.000,- voor iedere overtreding van de onder 5.1 en 5.2 opgelegde bevelen, alsmede een dwangsom van
€ 1.000,- voor iedere dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat een overtreding voortduurt, dan wel — zulks ter keuze van Coty – een dwangsom van € 250,- voor ieder product waarmee in strijd met een opgelegd bevel wordt gehandeld.