ECLI:NL:GHAMS:2025:2624
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake verwaarlozing van dieren en beroep op psychische overmacht
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 7 augustus 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, dat op 25 april 2024 was gewezen. De verdachte, geboren in 1979 en zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland, was aangeklaagd voor verwaarlozing van haar honden en katten. Tijdens de zitting in hoger beroep op 24 juli 2025 heeft de raadsvrouw van de verdachte een beroep gedaan op psychische overmacht, stellende dat de verdachte slachtoffer was van structurele psychische mishandeling door haar ex-partner. De verdediging betoogde dat deze omstandigheden de verdachte belemmerden in het zorgen voor haar dieren. Het hof heeft echter geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was voor het beroep op psychische overmacht. De omstandigheden die de raadsvrouw aanvoerde, zoals de zorgelijke relatie met de ex-partner, waren niet voldoende om aan te tonen dat de verdachte onder een buitennormale druk stond. Het hof heeft vastgesteld dat de dieren ernstig verwaarloosd waren, wat bleek uit de medische constateringen van de dierenarts en de onhygiënische staat van de woning. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd en het beroep op psychische overmacht verworpen, met de conclusie dat de verdachte wel degelijk verantwoordelijk was voor de verwaarlozing van haar dieren.