ECLI:NL:GHAMS:2025:2924

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 november 2025
Publicatiedatum
31 oktober 2025
Zaaknummer
200.352.424/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de wijziging van het beloningssysteem van Apple Retail in het kader van de Wet op de ondernemingsraden

In deze zaak heeft de Gemeenschappelijke Ondernemingsraad (GOR) van Apple Retail Netherlands B.V. hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de kantonrechter. De kern van de zaak betreft de vraag of Apple Retail haar beloningssysteem heeft gewijzigd door te besluiten om bovenop de cao-loonsverhoging geen individuele loonsverhoging op basis van individuele prestaties toe te kennen voor de periode van 1 oktober 2023 tot 1 oktober 2024. De GOR stelt dat dit besluit een wijziging van het beloningssysteem is in de zin van artikel 27 lid 1 sub c van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) en dat de instemming van de GOR vereist was. Het hof oordeelt echter dat het besluit van Apple Retail geen wijziging van het beloningssysteem betreft, omdat de hoogte van de beloning een primaire arbeidsvoorwaarde is en niet onder het instemmingsrecht van de ondernemingsraad valt. Het hof bekrachtigt de beschikking van de kantonrechter en verklaart de GOR niet-ontvankelijk in zijn verzoeken. De uitspraak is gedaan op 4 november 2025.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht
zaaknummer : 200.352.424/01
zaaknummer rechtbank : 11218133 EA VERZ 24-668
beschikking van de meervoudige burgerlijke kamer van 4 november 2025
inzake
GEMEENSCHAPPELIJKE ONDERNEMINGSRAAD VAN APPLE RETAIL NETHERLANDS B.V.,
gevestigd te 's-Gravenhage,
appellant in principaal hoger beroep,
geïntimeerde in incidenteel hoger beroep,
advocaat: mr. L.B. de Graaf te 's-Gravenhage,
tegen
APPLE RETAIL NETHERLANDS B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
geïntimeerde in principaal hoger beroep,
appellante in incidenteel hoger beroep,
advocaat: mr. B.D. Nollen te Amsterdam.
Partijen worden hierna de GOR en Apple Retail genoemd.

1.De zaak in het kort

In deze zaak ligt de vraag voor of Apple Retail haar beloningssysteem heeft gewijzigd in de zin van artikel 27 lid 1 sub c van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) met het besluit om bovenop de Cao-loonsverhoging geen individuele loonsverhoging op basis van individuele prestaties toe te kennen over de periode 1 oktober 2023 tot 1 oktober 2024. Het hof is van oordeel dat dit niet het geval is en bekrachtigt de bestreden beschikking.

2.Het geding in hoger beroep

De GOR is bij beroepschrift, ontvangen ter griffie van het hof op 17 maart 2025, in hoger beroep gekomen van de beschikking die de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam (hierna: de kantonrechter) op 19 december 2024 onder bovenvermeld zaaknummer heeft gegeven.
Op 14 mei 2025 is ter griffie van het hof een verweerschrift in hoger beroep, tevens houdende incidenteel hoger beroep, van Apple Retail ingekomen. Op 13 juni 2025 is ter griffie van het hof een verweerschrift in incidenteel hoger beroep van de GOR ingekomen.
Partijen hebben de zaak tijdens de mondelinge behandeling van 1 oktober 2025 laten toelichten, de GOR door mr. De Graaf voornoemd, en Apple Retail door mr. Nollen voornoemd en mr. P. Hufman, advocaat te Amsterdam, beide partijen aan de hand van overgelegde spreekaantekeningen.
Ten slotte is uitspraak bepaald op heden.

3.Feiten

De kantonrechter heeft in 1.1 tot en met 1.10 van de bestreden beschikking de feiten vastgesteld. In hoger beroep is niet in geschil dat de feiten juist zijn weergegeven, zodat ook het hof van deze feiten uitgaat met dien verstande dat bij de beoordeling van het hoger beroep ook enkele andere, hierna te noemen, feiten zullen worden betrokken die tussen partijen niet in geschil zijn. Het gaat in deze zaak om het volgende.
3.1.
Apple Retail is onderdeel van de wereldwijde Apple-groep (hierna: Apple Inc.).
Apple Retail verkoopt via haar winkels verschillende soorten hardware en bijbehorende software. Bij Apple Retail zijn ongeveer 360 personen in dienst.
Apple Retail heeft de GOR ingesteld.
3.2.
Apple Retail hanteert voor haar personeel het zogenoemde Total Compensation Planning (TCP) voor (individuele) loonsverhogingen. Het TCP-jaar loopt steeds van l oktober tot 1 oktober van het volgende jaar.
3.3.
Apple Retail heeft op 24 april 2020 op haar Intranet aan managers onder meer het volgende bericht geschreven:

Prestatieafhankelijk belonen
Bij Apple geloven we dat compensatie prestatieafhankelijk moeten zijn. Prestaties
moeten dan ook de basis vormen van al je beloningsaanbevelingen voor werknemers.
Je mag aanvullende toekenningen inzetten op grond van goede prestaties van
werknemers.”
3.4.
Apple Inc. stelt jaarlijks het wereldwijde budget vast voor loonkosten. Als
onderdeel daarvan wordt jaarlijks, op wereldwijd en landelijk niveau, het
budget vastgesteld dat beschikbaar is voor prestatiegerelateerde individuele
salarisverhoging, ofwel “merit increases” (of TCP-verhogingen).
3.5.
Apple Retail paste in het verleden geen cao toe op haar werknemers. De
jaarlijkse loonsverhoging verliep aan de hand van TCP. Dit hield in dat de
managers aan de hand van de Compensation Planning-tool het door Apple Inc. jaarlijks per land ter beschikking gestelde budget toekenden aan individuele werknemers.
3.6.
In 2019 heeft de GOR erop gewezen dat Apple Retail ten onrechte naliet de
algemeen verbindend verklaarde Cao Elektrotechnische Detailhandel (hierna:
de Cao) toe te passen.
3.7.
Vanaf dat moment is Apple Retail de Cao gaan toepassen indien deze algemeen
verbindend was verklaard. De Cao kent een minimum karakter.
3.8.
Van 21 juni 2023 tot en met 31 december 2023 was de Cao algemeen verbindend verklaard. Voor dat jaar gold een collectieve loonsverhoging op grond van de Cao van 5%.
3.9.
Bij e-mail van 29 september 2023, met als onderwerp “TCP planning” heeft [naam 1] namens Apple Retail aan de GOR het volgende laten weten:

We want to inform you that this year’s total compensation planning conversations will
take place between managers and their team members between October 2 and October
9.
The primary messages to team members about their pay will be:
- This year, the CBA salary increase is 5%, which is the total base pay increase for the
year.
- This increase took effect on July 1.
Approximately 10% of team members will also receive a pay adjustment as part of our
discretionary review of compensation for FY24. These one-time pay adjustments will
take effect from October 1, 2023. (...)
Please consider the above information confidential and only share it with works council
members.”
3.10.
Naderhand is met alle werknemers gedeeld dat de 5% Cao-verhoging de totale
salarisverhoging zou zijn voor de periode 1 oktober 2023 tot 1 oktober 2024.
3.11.
Bij brief van 16 oktober 2023, gericht aan Apple Retail, heeft de GOR zich op het standpunt gesteld dat hetgeen Apple Retail bij haar brief van 29 september 2023 heeft geschreven (mogelijk) een wijziging betreft van het beloningssysteem en de nietigheid daarvan ingeroepen omdat de GOR niet is gevraagd zijn instemming daaraan te geven.
3.12.
Het deel van het vastgestelde budget dat beschikbaar was voor individuele beloning over de periode 1 oktober 2024 tot 1 oktober 2025, betrof 0,25% van de loonsom.

4.Eerste Aanleg

4.1.
De GOR heeft in eerste aanleg uitvoerbaar bij voorraad de kantonrechter samengevat verzocht om:
- voor recht te verklaren dat het besluit van Apple Retail van 29 september 2023 nietig is vanwege het ontbreken van instemming van de GOR;
- Apple Retail te verplichten zich te onthouden van handelingen die strekken tot uitvoering of toepassing van dat besluit, en
- Apple Retail te gebieden het TCP-beloningssysteem toe te passen over de periode 1 oktober 2023 tot 1 oktober 2024 (door naast de collectieve Cao-verhoging van 5% een budget te besteden aan TCP-verhogingen per 1 oktober 2023).
4.2.
De kantonrechter heeft de GOR niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoeken. Aan deze beslissing heeft de kantonrechter ten grondslag gelegd dat het TCP weliswaar een beloningssysteem is in de zin van de wet, maar dat de wijze van verdeling van het beschikbare budget, zoals daarvan blijkt uit de e-mail van 29 september 2023, geen wijziging van het beloningssysteem betreft. Volgens de kantonrechter is het (slechts) toepassen van de Cao-verhoging , als die verhoging hoger is dan het beschikbare budget, een wijziging die al gold sinds Apple Retail zich vanaf 2019 is gaan houden aan de algemeen verbindend verklaarde Cao. Daarmee heeft de GOR - zo begrijpt het hof met partijen - met de brief van 16 oktober 2023 niet tijdig de nietigheid ingeroepen.

5.Beoordeling verzoeken in hoger beroep

5.1.1.
Tegen dit oordeel en de daaraan ten grondslag gelegde motivering is de GOR met één beroepsgrond opgekomen. De GOR heeft in hoger beroep geconcludeerd tot het vernietigen van de bestreden beschikking en - na wijziging van eis - verzocht om bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren beschikking:
  • voor recht te verklaren dat het besluit van Apple Retail van 29 september 2023, om haar werknemers geen individuele loonsverhoging op basis van individuele prestaties toe te kennen per 1 oktober 2023, nietig is vanwege het ontbreken van de daarvoor op grond van artikel 27 lid 1 aanhef en onder c WOR vereiste instemming van de GOR;
  • Apple Retail te verplichten zich te onthouden van handelingen die strekken tot uitvoering of toepassing van het hiervoor genoemde besluit;
  • Apple Retail te gebieden het TCP-beloningssysteem toe te passen over de periode 1 oktober 2023 tot 1 oktober 2024, in die zin dat Apple Retail een – door haar te bepalen – budget besteedt aan individuele loonsverhoging van haar werknemers op basis van individuele prestaties (TCP-verhoging per 1 oktober 2023, naast de collectieve cao-verhoging van 5%, die per 1 juli 2023 is toegekend).
5.1.2.
Apple Retail heeft geen bezwaar gemaakt tegen de eiswijziging in hoger beroep. Het hof ziet ook geen aanleiding om die ambtshalve buiten toepassing te laten zodat recht zal worden gedaan op de gewijzigde eis.
5.1.3.
Apple Retail heeft in haar verweerschrift tevens houdende incidenteel hoger beroep primair verzocht de beschikking van de kantonrechter te vernietigen en voor recht te verklaren dat de TCP beloningsmethodiek van Apple Inc. geen beloningssysteem is in de zin van artikel 27 lid 1 sub c WOR en de verzoeken van de GOR in hoger beroep af te wijzen. Subsidiair heeft Apple Retail in haar verweerschrift - kort gezegd - verzocht de beschikking van de kantonrechter te bekrachtigen. Desgevraagd heeft Apple Retail op de zitting in hoger beroep bevestigd dat zij de volgorde van de primair en subsidiair gedane verzoeken wenst om te draaien zodanig dat zij thans primair verzoekt de bestreden beschikking te bekrachtigen. Voor zover Apple Retail met het incidentele hoger beroep heeft bedoeld de hiervoor bedoelde verklaring voor recht te verzoeken ongeacht de uitkomst van het geding in principaal hoger beroep, overweegt het hof als volgt. Omdat Apple Retail in eerste aanleg niet zelfstandig een verzoek heeft ingediend en dit ingevolge artikel 353 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) niet voor het eerst in hoger beroep kan worden gedaan, zal het hof Apple Retail niet-ontvankelijk verklaren in haar verzoek in incidenteel hoger beroep.
Valt het besluit van 29 september 2023 onder artikel 27 lid 1 onder c WOR?
5.2.1.
Partijen verschillen van mening over het antwoord op de vraag of het TCP en de TCP-verhogingen kwalificeren als een belonings- of functiewaarderingssysteem in de zin van artikel 27 lid 1 aanhef en onder c WOR en of voor het besluit van 29 september 2023 de instemming van de GOR vereist was. Voornoemd artikel bepaalt dat de ondernemer de instemming van de ondernemingsraad behoeft voor elk door hem voorgenomen besluit tot vaststelling, wijziging of intrekking van een belonings- of een functiewaarderingssysteem. Het vijfde lid van artikel 27 WOR, voor zover relevant, bepaalt dat de ondernemingsraad slechts een beroep op de nietigheid kan doen binnen een maand nadat het besluit is meegedeeld.
5.2.2.
De GOR is in hoger beroep opgekomen tegen het oordeel van de kantonrechter (rechtsoverweging 11) dat de wijziging al veel langer gold, namelijk sinds Apple Retail zich vanaf 2019 is gaan houden aan de Cao, op grond waarvan de kantonrechter de GOR niet-ontvankelijk heeft verklaard. Deze beroepsgrond slaagt in zoverre dat niet gesteld of gebleken is dat de situatie zoals in het besluit van 29 september 2023, waarin helemaal geen budget over was voor individuele loonsverhoging omdat het hele budget opging aan de Cao-loonsverhoging, zich eerder had voorgedaan. De GOR is daarom tegen die beslissing tijdig opgekomen en de kantonrechter had de GOR dus niet om deze reden niet-ontvankelijk mogen verklaren. Dit leidt echter om meerdere redenen niet tot een andere uitkomst. Dit wordt als volgt toegelicht.
5.2.3.
Allereerst slaagt het devolutief te beoordelen verweer van Apple Retail dat het TCP en de wijze waarop de TCP-verhogingen plaatsvinden anders dan de GOR heeft gesteld, naar het oordeel van het hof geen belonings- of functiewaarderingssysteem betreft als bedoeld in 27 lid 1 onder c WOR, omdat de aanspraak op loonsverhoging een primaire arbeidsvoorwaarde, de hoogte van de beloning, betreft. De GOR heeft in dit kader aangevoerd dat het besluit om geen extra budget beschikbaar te stellen anders uitpakt voor de groep werknemers die bij voldoende budget wel in aanmerking was gekomen voor extra individuele beloning in verhouding tot de groep die daarvoor niet in aanmerking zou zijn gekomen en dat daarmee de onderlinge rangorde van deze groepen wijzigt. Het hof volgt de GOR daarin niet. Dat geen aanspraak kan worden gemaakt op individuele beloning indien het budget op is, geldt voor alle werknemers en brengt dus geen wijziging in de onderlinge rangorde van beloning van verschillende groepen werknemers. Daarmee gaat het om ‘de hoogte van de beloning’ en niet om ‘de indeling in beloningsgroepen’, als genoemd in de Memorie van Toelichting bij artikel 27 WOR (Kamerstukken II 1975/1976, 13954, nrs 1-3, p. 24 en 44). De bedoeling van de wetgever dat provisieregelingen en prestatietoeslagregelingen in het algemeen betrekking hebben op de hoogte van de beloning en daarmee vallen onder de primaire arbeidsvoorwaarden, is bevestigd bij de behandeling van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer (Kamerstukken I 1978/79, 13954, nr. 8d, p. 23):

De leden van de fractie van de VVD vragen voorts wat wordt bedoeld met «beloningssysteem» in artikel 27, eerste lid, onder d. Zoals in de memorie van toelichting (blz. 44) is gesteld, is daarbij niet de hoogte van de beloning zelf in het geding. Wij menen dan ook, dat dit onderwerp niet onder de primaire arbeidsvoorwaarden valt. Een beloningssysteem is een systeem volgens hetwelk beloningen worden berekend en aan bepaalde functies worden toegekend; het heeft betrekking op de onderlinge rangorde van de beloningen (bij voorbeeld door indeling in loongroepen of salarisschalen). Provisieregelingen en prestatietoeslagregelingen hebben in het algemeen wèl betrekking op de hoogte van de beloning, en vallen dan onder de primaire arbeidsvoorwaarden en dus niet onder het instemmingsrecht van de ondernemingsraad.”
5.2.4.
Dat het in dit geval gaat om loonsverhoging maakt dat niet anders. Ook een aanspraak op loon(sverhoging) betreft immers een primaire arbeidsvoorwaarde.
Het voorgaande leidt ertoe dat artikel 27 lid 1 onder c WOR niet van toepassing is. De GOR is daarmee terecht niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoeken om voor recht te verklaren dat het besluit van Apple Retail om geen individuele loonsverhoging toe te kennen nietig is en om Apple Retail te verplichten zich te onthouden van handelingen die strekken tot uitvoering of toepassing van dat besluit. Dit leidt ertoe dat de bestreden beschikking zal worden bekrachtigd en de verzoeken van de GOR in hoger beroep niet voor toewijzing in aanmerking komen.
5.2.5.
Overigens zouden de verzoeken van de GOR, als wel sprake zou zijn geweest van een beloningssysteem als bedoeld in artikel 27 lid 1 onder c WOR, niet toewijsbaar zijn geweest. Het besluit van Apple Retail om geen individuele loonsverhoging toe te kennen op grond van individuele prestaties per 1 oktober 2023, is geen wijziging van het systeem, maar een consequentie van het feit dat Apple Inc. om bepaalde redenen geen of onvoldoende budget beschikbaar heeft gesteld voor individuele loonsverhogingen over 1 oktober 2023 tot 1 oktober 2024. Dit blijkt het volgende. In de processtukken zijn partijen het erover eens dat stap één van het TCP-beloningssysteem eruit bestaat dat internationaal het te verdelen budget wordt vastgesteld (de GOR bevestigt dit in onderdeel 23 van het verzoekschrift in eerste aanleg). Apple Retail heeft daaromtrent het volgende toegelicht. Apple Inc. stelt jaarlijks het wereldwijde budget vast voor loonkosten. Als onderdeel van die budgettering wordt jaarlijks het budget vastgesteld dat beschikbaar is voor prestatiegerelateerde individuele salarisverhoging. Daarbij wordt rekening gehouden met de totale loonkosten wereldwijd en per land, inclusief de verplichte salarisverhogingen. Apple Retail heeft geen zeggenschap over de hoogte van dit budget of de verdeling daarvan over de landen. De GOR heeft dit niet (voldoende) betwist. De op de zitting in hoger beroep desgevraagd gegeven toelichting dat het altijd de hoogste baas is die ergens wat van moet vinden maar dat Apple Retail zelf verantwoordelijk is tegenover werknemers en zich niet kan verschuilen achter Apple Inc. en dat het geld afkomstig is van Apple Retail, is - in het licht van het voorgaande - onvoldoende om te oordelen dat de bevoegdheid om het budget vast te stellen bij Apple Retail ligt.
5.2.6.
Stap twee van het beloningssysteem is dat Apple Retail de individuele TCP-verhoging voor de individuele medewerker vaststelt. In de situatie dat Apple Inc. het budget heeft vastgesteld en na aftrek van de Cao-loonsverhoging geen budget meer overblijft, houdt de regeling dus op bij stap één omdat er dan geen budget beschikbaar is voor Apple Retail om te verdelen conform stap twee. Het betoog van de GOR dat in het beloningssysteem ‘zit ingebakken’, dat er altijd budget beschikbaar moet zijn voor individuele beloning (zie onder meer onderdeel 4 van de spreekaantekeningen van de GOR in hoger beroep), wordt verworpen. Allereerst strookt dat betoog niet met stap één van het beloningssysteem, dat het niet de bevoegdheid is van Apple Retail om het budget vast te stellen, maar dat het te verdelen budget internationaal door Apple Inc. wordt bepaald. Verder betreft de correspondentie die de GOR in dat kader in de processtukken heeft aangehaald, de situatie dat moest worden bijbetaald over het verleden omdat Apple Retail de Cao niet had toegepast. Zoals de GOR tijdens de zitting in hoger beroep zelf heeft toegelicht, is daarbij nooit eraan gedacht dat de situatie zich zou voordoen dat er helemaal geen budget zou kunnen overblijven voor individuele beloning na aftrek van de Cao-loonsverhogingen. Uit de correspondentie blijkt dat de cao invloed heeft op de hoogte van het budget. Dat laat de mogelijkheid open dat het budget voor een bepaald jaar ook nihil kan zijn. Tegen deze achtergrond kan de mededeling van Apple Retail dat er per 1 oktober 2023 geen budget is voor individuele loonsverhoging niet worden gezien als een wijziging van het beloningssysteem. Dit oordeel wordt nog verstrekt doordat het jaar erna (de periode 1 oktober 2024 tot 1 oktober 2025) wel weer budget beschikbaar is gesteld voor individuele beloning (zie overweging 3.11) conform TCP.
Heeft de GOR bevoegdheid op grond van artikel 28 WOR?
5.3.
De GOR heeft nog verzocht Apple Retail te gebieden om extra budget beschikbaar te stellen voor individuele beloning over de periode 1 oktober 2023 tot 1 oktober 2024 op grond artikel 28 lid 1 WOR. Daarin staat dat de ondernemingsraad zoveel mogelijk de naleving van de voor de onderneming geldende voorschriften op het gebied van de arbeidsvoorwaarden, alsmede van de voorschriften op het gebied van de arbeidsomstandigheden en arbeids- en rusttijden van de in de onderneming werkzame personen bevordert. Voor zover artikel 28 lid 1 WOR ziet op interne bedrijfsregelingen, gaat het om die bedrijfsregelingen waarvoor ook een instemmingsrecht geldt op grond van artikel 27 WOR. De GOR heeft aan het beroep op artikel 28 lid 1 WOR ten grondslag gelegd dat het besluit om geen budget beschikbaar te stellen nietig is op grond van artikel 27 lid 1 onder c WOR. Zoals hiervoor overwogen is artikel 27 lid 1 onder c WOR niet van toepassing. Daarmee komt de GOR ook geen beroep toe op artikel 28 lid 1 WOR.
Slotsom
5.4.
De slotsom is dat het hoger beroep van de GOR niet slaagt en dat de bestreden beschikking zal worden bekrachtigd. Het door de GOR in hoger beroep meer of anders verzochte zal worden afgewezen.

6.Beslissing

Het hof:
bekrachtigt de bestreden beschikking;
wijst af het in hoger beroep meer of anders verzochte;
verklaart Apple Retail niet-ontvankelijk in incidenteel hoger beroep.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.L.D. Akkaya, mr. W. Aardenburg en mr. A.L. Bervoets en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 4 november 2025.