ECLI:NL:GHAMS:2025:2969
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- B.E. Dijkers
- A.M. Koolen - Zwijnenburg
- L.F. Roseval
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de dagvaarding in hoger beroep wegens onjuiste uitreiking
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 augustus 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1998, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 12 februari 2024. Tijdens de zitting werd vastgesteld dat de dagvaarding in hoger beroep niet op de juiste wijze aan de verdachte was uitgereikt. De poging tot uitreiking op 4 juli 2025 aan het BRP-adres van de verdachte was niet succesvol, omdat de verdachte daar niet meer woonde. Er was geen bewijs dat het gerechtelijke schrijven aan het openbaar ministerie was uitgereikt en dat een afschrift naar het adres van de verdachte was gestuurd, ondanks dat hij daar op 9 juli 2025 nog ingeschreven stond. De dagvaarding die aan de raadsman was uitgereikt, voldeed niet aan de wettelijke vereisten. Hierdoor werd de dagvaarding in hoger beroep nietig verklaard. Het hof heeft in zijn beslissing benadrukt dat de juiste procedure voor de uitreiking van de dagvaarding niet was gevolgd, wat leidde tot de nietigheid van de dagvaarding.