ECLI:NL:GHAMS:2025:3143
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing hoger beroep tegen echtscheiding zonder gelijktijdige beslissing op nevenverzoeken
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 25 november 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, waarin de echtscheiding tussen partijen op voorhand was uitgesproken. De vrouw, verzoekster in hoger beroep, was het niet eens met deze beslissing en verzocht om gelijktijdige behandeling van de echtscheiding en de nevenverzoeken. De man, verweerder in hoger beroep, was het eens met de eerdere uitspraak van de rechtbank. Het hof heeft geoordeeld dat er onvoldoende bijzondere omstandigheden zijn aangevoerd door de vrouw om de band tussen het verzoek tot echtscheiding en de nevenverzoeken te herstellen. Het hof heeft de bestreden beschikking bekrachtigd, waarbij het belang van de vrouw in verband met haar gezondheid en woonrecht niet voldoende gewicht heeft gekregen om de beslissing van de rechtbank te wijzigen. De vrouw had aangevoerd dat zij terminaal ziek is en dat het voor haar van belang is om zekerheid te hebben over haar woonrecht en alimentatie voordat de echtscheiding wordt uitgesproken. De man heeft echter terecht opgemerkt dat de echtscheiding reeds was aangevraagd en dat hij niet in een onzekere situatie wil blijven. Het hof heeft geconcludeerd dat de vrouw onvoldoende bijzondere omstandigheden heeft aangevoerd en heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd.