ECLI:NL:GHAMS:2025:971
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A.W.T. Klappe
- A.R.O. Mooy
- D.A.C. Koster
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in de vervolging wegens schending van fundamentele procesbeginselen
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 4 februari 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een verdachte die in 2018 door de politierechter was veroordeeld, maar waarbij de verdediging in hoger beroep heeft aangevoerd dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging. De verdediging stelde dat de belangen van de verdachte in het vooronderzoek op wezenlijke punten zijn geschaad, onder andere door het langdurige tijdsverloop en het ontbreken van een volledige tenlastelegging en dossier. Het hof heeft vastgesteld dat de verdediging na meerdere verzoeken nog steeds niet over het volledige dossier beschikte, wat het recht op een eerlijk proces ernstig heeft aangetast. Het hof oordeelde dat, ondanks dat langdurig tijdsverloop op zichzelf niet voldoende is voor niet-ontvankelijkheid, de combinatie van het tijdsverloop en de schending van procesrechten in deze zaak zodanig was dat alleen niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie een passende beslissing was. Het hof heeft daarom het vonnis van de politierechter vernietigd en het openbaar ministerie niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte.