ECLI:NL:GHARL:2013:BY9400
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontbreken spoedeisend belang bij afgifte dossiers ex-advocaat
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 22 januari 2013, gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen [geïntimeerde] betreffende de afgifte van dossiers die door [geïntimeerde], een voormalig advocaat, zijn aangelegd. [Appellant] had in eerste aanleg een spoedeisend belang geclaimd bij de afgifte van deze dossiers, maar het hof constateert dat er geen spoedeisend belang meer is. De procedure heeft zich over een lange periode uitgestrekt, waarbij [appellant] niet heeft kunnen aantonen dat er nog een urgentie was voor de afgifte van de dossiers. Het hof wijst erop dat er een aanzienlijke tijd is verstreken tussen het vonnis in eerste aanleg en de indiening van de grieven in appel, wat de claim van spoedeisend belang ondermijnt. Bovendien heeft [appellant] geen verklaring gegeven voor de vertraging in de procedure en heeft hij niet uiteengezet welk spoedeisend belang hij nog had. Het hof concludeert dat de vordering van [appellant] niet langer houdbaar is en bekrachtigt het vonnis van de rechtbank, waarbij het appel van [appellant] wordt afgewezen. Tevens wordt [appellant] veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep.