Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekers in hoger beroep, verder te noemen: [man] en [vrouw],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, gaat het om het ontslag van een bewindvoerder. De verzoekers, [man] en [vrouw], hebben in hoger beroep verzocht om ontslag van hun bewindvoerder, [verweerster], en benoeming van nieuwe bewindvoerders. De aanleiding voor dit verzoek zijn de klachten die zij hebben geuit over de werkwijze van de bewindvoerder, waaronder onterecht gemaakte fouten en een gebrek aan communicatie, wat heeft geleid tot een vertrouwensbreuk. De mondelinge behandeling vond plaats op 14 januari 2014, waarbij zowel de verzoekers als de bewindvoerder aanwezig waren. De verzoekers werden bijgestaan door hun advocaat, mr. M.J. Germs.
De kantonrechter had eerder de klachten van de verzoekers deels ongegrond verklaard en het verzoek tot ontslag van de bewindvoerder afgewezen. In hoger beroep heeft het hof de situatie opnieuw beoordeeld. Het hof oordeelt dat, hoewel de bewindvoering niet zonder problemen is verlopen, de redenen die door de verzoekers zijn aangevoerd niet voldoende zijn om tot ontslag van de bewindvoerder over te gaan. Echter, het hof erkent dat de uitvoering van het bewind een negatieve invloed heeft op het psychisch functioneren van de verzoekers, wat door verschillende deskundigen is bevestigd.
Uiteindelijk komt het hof tot de conclusie dat er gewichtige redenen zijn voor het ontslag van de bewindvoerder. Het hof vernietigt de eerdere beschikking van de rechtbank en benoemt K. Gosselink en C.W.P.A. Arts als nieuwe bewindvoerders voor respectievelijk [man] en [vrouw], met ingang van 1 maart 2014. De beschikking is uitgesproken in het openbaar op 18 februari 2014.