Getuige [appellant 2] heeft - voor zover hier van belang - op
3 juni 2013 als volgt verklaard:
"(…) Mijn standaard palaver gaat als volgt. Het duurt ongeveer 20-30 minuten.
De aandacht van de mensen is een groot probleem. Ze hebben elkaar lang niet gezien en zijn aan het eten. Ik schreeuw dan hard: Goedemorgen! Ik vertel dan dat we gaan varen, dat de mensen bemanning zijn en dat iedereen aan het werk moet. Ze moeten aan de schoten, zwaarden en fokkeschoot zitten. Ik moet de aandacht van de mensen hebben en houden; daar gaat het mij om. Schippers moeten het dan uitleggen aan de bemanning, dit zeg ik. Ree is equivalent van plat en dan komt de giek over. Dan denk je dat je het hebt gehad, maar de giek komt terug want “die zoekt jou”. Zo houd ik de aandacht erbij. Pas als het zeil opbolt aan de andere kant van het schip, dan komt u omhoog.
Er is maar één die jouw plaats op het schip bepaalt, dat is de schipper. Je verplaatst je tijdens een manoeuvre niet. Je komt op een gegeven moment bij de gijpton. Je wordt dan gewaarschuwd door de schipper. Je hebt dan zo weinig mogelijk mensen nodig op het achterdek. Je blijft op de plek waar de schipper je neergezet heeft. Als het niet zou kunnen, dan vaar je een andere baan. Omdat het slechts windkracht 5 was deden we dat niet; een stormrondje was niet noodzakelijk. Er komt een heel bos touw op het achterdek. Dat is de grootschoot. Daar moet je niet in de buurt gaan zitten, en ook niet met je voet in gaan hangen. Ik gebruik het woord “ swop” om aan te geven dat het zeil in één klap van stuurboord naar bakboord gaat.
Mevrouw [geïntimeerde] zat in het gangbord naast het roef. Op zich is dat een veilige plek. Zij moet met haar hoofd buiten het roef hebben gezeten want anders zou zij niet geraakt zijn.
(...)
Ik verifieer niet of mensen mijn instructies hebben begrepen. Soms zijn er 240 man die op de skûtsjes zitten, ik kan dat niet moeilijk verifiëren. Aan boord krijgen ze nog wel instructies van de schipper. Ik zeg dat ze daar naar moeten luisteren. Aan het eind van het palaver vraag ik wel altijd of er vragen zijn. Ik sluit dan af met een mop.
(…)
Bij palavers maak ik gebruik van het bord. Maar ik heb geen foto's van de schepen bij mij. De mensen krijgen aan boord instructies van de schipper. Je ziet het dan ook en dit werkt veel beter dan wanneer je werkt met plaatjes.
Ik deel de mensen niet in, dat doen de schippers.
Terugkijkend op deze dag kan ik zeggen dat mevrouw [geïntimeerde] zich niet aan de instructie heeft gehouden uit de buurt van de grootschoot te blijven. De schipper moet zeggen:allemaal plat want nu komt de gijp eraan. Althans zo zou ik het doen. Naast de roef kop naar beneden. Alleen op het achterdek is de grootschoot gevaarlijk.
(…). "